Maandelijks archief: maart 2018

Healing the Planet (II)

In my blog of February 28 I said that in in order to heal the planet – us – we need new leadership. I then promised to specify more in detail what I meant by this.

The leadership we need I call spiritual leadership. In my book about this I described that as a leadership that (quote):

  • is based on unity of minds. In other words a realisation of a connection between myself and another, myself and the world. . . . What I do with myself, I do with the surroundings and what I do with the other I also do with myself. It is also the awareness that the other may be different to myself but then again not really. This has significant consequences in the way in which I communicate with the other.
  • is based on vision. . . an image of that which I want to create, possibly together with others, which is fed through my desires, my aim in life, my actual talents etc. It is therefore something from the person as a whole, from the mind, body and soul and not only something intellectual such as an aim.
  •  is based on honesty. With this I mean: facing up to reality in a direct manner. This concerns both the external reality and the reality within ourselves. This is not always easy. We have the tendency to perceive both the external and internal world in a more positive light (or even more negative) than it actually is. It takes courage in order to take an honest look at the world around us and to look inside ourselves without guilt, anger, disapproval or judgment.

I also wrote: . . . spiritual leadership has nothing to do with gurus or sects or such like. It is a form of leadership which can occur anywhere, from the top to the bottom, in the business sector, in the government, in education and in the health care sector, in the arts and in the church, with men and women, with young and old and yes, even in politics.

So the first step is to develop this leadership in ourselves by growing our own awareness and taking responsibility. But in order to heal the planet we also need guides or leaders who are capable of mobilizing multitudes, creating a mass movement; and at the same time have the characteristics I mentioned above.

What can we do to promote this kind of leadership? Two things. In the first place we can support this kind of leadership wherever we see it developing, even if it is only in an early stage of development. We can do this through voting, joining a movement or mass demonstration, making conscious choices in our behavior as consumer or citizen, etc. The second way is avoiding any consent or endorsement with (political or commercial) actions that are damaging the planet, or even actively protesting against it by any form of nonviolent action, like – again – participating in a public demonstrating, signing petitions (Amnesty International, Greenpeace, Avaaz) or just speaking up when necessary, even among friends, etc.

We can support our action by daily prayer: for the healing of the planet and for the wellbeing and success of the leaders we endorse. Anyway: if we care for our our planet (including ourselves and our family and offspring) we should move, both inwardly and externally, and not sit on our hands and wait. Because again: our planet is ill, even though we don’t feel it. Be aware! In the spirit of the resurrection, let’s heal and celebrate life! Happy Easter!

 

Disclaimer: I apologize for mistakes in my English. Blogs are cursory – not stuff for correction by a native speaker

 

 

Mannen en het klimaat

Dezer dagen werd ik geattendeerd op een YouTube bericht van Fox News: Tucker: Something ominous is happening to men in America:

https://www.youtube.com/watch?v=LrhHkQhglig&feature=share

Nu ben ik geen fan van het door de gebroeders Koch gefinancierde Fox News, maar Tucker staat wel bekend als een serieuze onderzoeksjournalist. Het filmpje laat zien hoe de mannelijke populatie in America op dramatische wijze in verval is geraakt, vergeleken met vrouwen. Dit is te zien op allerlei terreinen: onderwijs (meer uitval van jongens), gezondheid (kortere levensduur, obesitas, verminderde vruchtbaarheid), zelfs op het gebied van carrière – in tegenstelling tot wat op grond van onheldere statistieken algemeen gedacht wordt (ook in America). Het loont zeker de moeite dit filmpje even te bekijken: het is hilarisch als het niet ook zo ernstig was.

Men zegt dat wat in America gebeurt hier vijftig jaar later ook gebeurt. In die uitspaak zit veel waars, al is de termijn tegenwoordig veel korter – eerder tien jaar. Niet dat we America in ieder opzicht letterlijk imiteren, maar  in dit geval zie ik enkele trends die in dezelfde richting wijzen (zonder dit met cijfers hard te kunnen maken). Des te interessanter dat hier – en in Amerika- mannen nog steeds domineren in de samenleving.

Wat dat betreft vond ik de afgelopen campagne voor de  gemeenteraadsverkiezingen onthullend. Deze campagne werd gedomineerd door mannen, zowel lokaal als landelijk. Ik heb natuurlijk lang niet alles gezien, maar het geneuzel en gereutel, de scheldpartijen en de verdachtmakingen waren meestentijds niet om aan te zien en te horen. Van wat ik gezien heb vielen me eigenlijk maar vijf politici in gunstige zin op: Lilian Marijnisse, Barbara Kathmann (PvdA, Rotterdam), Kees van der Staaij, Jesse Klaver en Vincent Karremans (VVD Rotterdam). Zij waren volgens mij de enigen die persoonlijke betrokkenheid paarden aan fatsoen en helderheid van argumenten met een hoog waarheidsgehalte. (Ik kan natuurlijk enkelen over het hoofd hebben gezien). Toch nog drie mannen – dus we hoeven niet te wanhopen.

Opvallend afwezig in de debatten was de klimaat problematiek, terwijl dat toch de grootste uitdaging is waar onze samenleving voor staat en gemeenten heel veel kunnen doen op dat gebied. Ten dele ligt dat aan de media. Zo vond bijvoorbeeld de NOS het niet nodig dat thema in het slotdebat te agenderen. Voor de NOS redactie bestaat het probleem kennelijk niet. Merkwaardig. Overigens zijn de enige partijen die een ruime voldoende scoren (B op een schaal van A – F; vergelijk het energielabel) op hun klimaatbeleid GroenLinks en de Partij voor de Dieren; zie https://kiesklimaat.nl/location/Amsterdam voor Amsterdam. Landelijk komt daar de ChristenUnie bij:  https://kiesklimaat.nl/milieukeur_partijen. Die partijen hebben het goed gedaan; dat geeft de burger moed. Ben benieuwd wat u gestemd hebt.

En wat de mannen betreft: de enige conclusie kan zijn dat we het zouden kunnen doen met een samenleving zonder mannen. Gezien de ontwikkelingen op het gebied van de voortplanting (zie mijn blog van 15 februari) zijn ze daar in elk geval niet meer voor nodig. Maar ik vermoed dat het manlijk geslacht toch nog te taai is om onmiddellijk uit te sterven. En eerlijk is eerlijk, een samenleving met mannen EN vrouwen lijkt me leuker dan een met alleen vrouwen.

Between the devil and the deep blue sea.

Nog een weekje, en dan is er het referendum over de ‘sleepwet’. Voor of tegen?

De term sleepwet is eigenlijk misleidend, want de nieuwe Wet op de Inlichtingen en Veiligheidsdiensten (WIVD) regelt veel meer dan het ‘slepen’; het verzamelen van data via de kabel (zoals nu al mag met  data die via zenders verzonden worden). De wet breidt de bevoegdheden van genoemde diensten uit. Zo mag de AIVD onder de nieuwe wet een eigen DNA-bank oprichten en bijhouden, waarbij vrijwel zonder beperkingen DNA verzameld kan worden. Dat is anders dan de bevoegdheid van de politie, die alleen maar DNA mag verzamelen bij een concrete verdenking van een dader van een misdrijf.

Waarom is het een probleem dat het DNA van onschuldige burgers zonder meer kan worden opgeslagen en bewaard? Je zou denken dat die databank alleen gebruikt zal worden om terrorisme te bestrijden. Echter: “de ervaring leert dat databanken er in de politieke werkelijkheid om ‘vragen’ om ook voor andere doeleinden gebruikt te worden. De beste manier om dit risico in te perken, is om geen databank op te richten.” (prof. Koops, hoogleraar regulering van technologie aan de Universiteit van Tilburg in De Groene Amsterdammer van 1 maart). De bevoegdheden van de AIVD kunnen namelijk onder de nieuwe wet simpelweg worden verruimd door een Algemene Maatgeregel van Bestuur. De Tweede kamer moet daarover worden ingelicht, maar kan daar niet over stemmen. Dat is al gebeurd met de bevoegdheden van de politie in relatie tot hun databank, en het is bijvoorbeeld ook gebeurd in Frankrijk, na de aanslagen aldaar: door de noodtoestand zijn de bevoegdheden onder het strafrecht in Frankrijk nu permanent verruimd. Als er iets ergs gebeurd is, dan vervallen alle redelijke argumenten en vieren de emoties hoogtij.

Daarbij komt dat de doeleinden van de WIVD ook op een andere manier bereikt kunnen worden. Prof Koops: “Natuurlijk is het voor de aivd nuttig om de dna-profielen van potentiële aanslagplegers te hebben, maar nut is niet hetzelfde als noodzaak.”

Daarom ben ik niet voor de WIVD. Tegen stemmen dus? Hier zit een addertje onder het gras. Door tegen te stemmen legitimeer je het principe van dit referendum als zodanig. En ik ben geen voorstander van hoe het referendum thans geregeld is (opkomstpercentage, vrijblijvend advies, emoties overheersen argumenten, enzovoort). Bovendien hebben de huidige coalitiepartners gezegd de uitslagen van het referendum hoe dan ook naast zich neer  te leggen. Stemmen voor de kat zijn viool dus? Daar voel ik niet zo veel voor.

Ik moet dus kiezen tussen tegen stemmen, of mijn  stem bij het referendum onthouden – zoals ik ook vorige keren heb gedaan. Ik ben er nog niet uit. U wel? We hebben nog een paar dagen om er over na te denken.

 

Erratum: In mijn vorige blog staat een fout jaartal. Het aantal passagiers in de luchtvaart was 3,5 miljard in 2004, niet in 1970 – ik had twee jaartallen door elkaar gehaald.

© Afbeelding: DutchCowboys

 

Vliegen kan niet meer*)

In 1944 is er, na intensief onderhandelen, een luchtvaartverdrag afgesloten dat het in principe vrije civiele verkeer in de lucht regelde, en werd afgesproken het  luchtvaartverkeer te bevorderen, onder andere door kerosine niet te belasten. Aanvankelijk tekenden 52 van de 55 deelnemende landen het verdrag  dat is uitgemond in de oprichting van de International Civil Aviation Organisation (ICAO), waarin vrijwel alle landen vertegenwoordigd zijn. De motieven voor dit verdrag waren niet alleen maar commercieel, er zat ook idealisme achter. Na de verschrikkingen van twee wereldoorlogen snakte men naar meer begrip en harmonie tussen de landen in de wereld. Het idee achter het verdrag was, dat als je vrij kon reizen naar allen landen ter wereld, dit zou leidden tot een grotere bekendheid met andere volken en culturen. Onbekend maakt onbemind, en zodoende dacht men dat dit fysieke contact zou kunnen bijdragen tot de wereldvrede.

Zoals we weten heeft dit maar gedeeltelijk gewerkt. Niettemin is het vrij kunnen reizen naar vrijwel alle landen ter wereld, althans voor het meer welgestelde deel van de wereldbevolking, een groot goed. 3,7 miljard passagiers in 2004! Helaas, zoals we allen weten, heeft die explosieve groei van het luchtverkeer ook een keerzijde. Om het kort samen te vatten, er is geen enkele manier om, als dit zo doorgaat, de klimaatdoelen van het verdrag van Parijs uit 2015 te halen. In de verre toekomst is het misschien mogelijk om min of meer klimaatneutraal te vliegen, maar op middellange termijn zijn die technische mogelijkheden er niet. In de woorden van Paul Peters, lector duurzaam transport en toerisme aan de NHTV in Breda: ‘Ik heb allerlei scenario’s doorgerekend, maar er is geen enkel scenario denkbaar waarin we de opwarming tot twee graden kunnen beperken zonder het vliegverkeer te beteugelen. Het past gewoon niet.’ **) Dat lukt overigens ook op andere gronden niet, maar dat terzijde.

Waarom heeft het zin hierbij stil te staan? We kunnen er immers toch niets aan doen? De belangen van regeringen en luchtvaartmaatschappijen zijn zo groot dat – zoals ook op andere terreinen – de klimaat problematiek hieraan ondergeschikt wordt gemaakt. Er is geen enkele kans dat op korte termijn een accijns op kerosine zal worden ingevoerd. Waarschijnlijker lijkt nog een hogere beprijzing van de CO2 uitstoot, maar ook dat zal veruit onvoldoende zijn.

Toch kunnen we wel iets betekenen. We kunnen onze medeplichtigheid beëindigen. Dan zullen we ten eerste moeten stoppen met vliegen. In Europa kunnen  we alles bereizen per trein, en desnoods per auto.

Intercontinentaal zouden we alleen moeten vliegen in het geval van ernstige familieomstandigheden. We kunnen echt niet meer voor ons plezier naar Afrika, Amerika, Azië en China reizen – heel jammer. Conferenties en zakelijke contacten moeten plaats vinden via videoverbindingen. Zelf had ik nog eens de droom om naar IJsland te gaan, maar dat zal ik moeten opgeven en uit mijn ‘bucket-list’ moeten schrappen. (Tussen haakjes: compenseren door bomen planten is een doekje voor het bloeden – maar dat stelpt het bloeden niet!). Als enkelen van ons stoppen met vliegen heeft dat in directe zin weinig effect, maar er gaat zeker een voorbeeldwerking van uit (Je ziet dat nu al met vleesgebruik). Op de wat langere duur zal dat resultaat afwerpen.

Ten tweede kunnen we binnen ‘groene’ partijen het standpunt dat ik hier verwoord uitdragen. Misschien leidt dat ooit tot politieke actie. Voor de Nederlandse overheid is het heel simpel om het vliegverkeer op zijn minst te beperken: als je het vliegveld Lelystad niet opent, of na opening gewoon weer sluit, zoals je nu moet doen met kolencentrales die nog lang niet afgeschreven zijn, dan loopt het vliegverkeer in Nederland vanzelf tegen zijn grenzen op. Natuurlijk leidt dat tot beperking van onze economische groei – precies wat er moet gebeuren.

Maar het allerbelangrijkste blijft ook in dit geval: Laten we onze ogen niet sluiten voor de werkelijkheid. Dan komen we vanzelf in beweging; zo niet in de lucht dan wel op de grond.

 

*) Met een knipoog naar: https://www.youtube.com/watch?v=sE2yz-L64ag

**) In De Groene Amsterdammer, 22-2-2018