De wondere krochten van onze bureaucratie.

Op 26 februari ’s avonds kreeg ik tijdens noodweer, in Amsterdam-Buitenveldert met mijn auto op weg naar een repetitie van mijn koor, een lekke band omdat ik in het donker en door de slagregen een uitstekende punt van een stoeprand niet zag en die dus ongelukkig raakte. Nu zou u dat met recht een weinig interessante mededeling kunnen noemen, maar het vervolg was op zijn minst opmerkelijk. Lees en huiver.

Aangezien ik me in de buurt bevond van mijn garage, en toch al even langzaam was doorgereden met die lekke band (om mijn vrouw af te zetten bij de kerk waar de koorrepetitie plaats vond), dacht ik even naar die garage door te rijden, daar mijn auto neer te zetten en met het openbaar vervoer terug te rijden. Ik zou dan de volgende dag mijn auto met een nieuwe band kunnen ophalen. Zelf een band verwisselen in het donker bij dit noodweer zag ik niet zitten.

Helaas, ik had buiten de politie gerekend. UnknownIk kom al vele jaren wekelijks op donderdagavond voor mijn koorrepetitie in Buitenveldert, en ik kan me niet herinneren daar ooit een politieauto te hebben gezien. Maar deze avond was er een. De politie hield me aan en verbood me, op, overigens onduidelijke gronden, verder  te rijden. Ik probeerde ze nog even te vermurwen, maar tevergeefs. Ze vroegen of ik een reserveband bij me had, en merkwaardigerwijs wist ik dat niet zeker. Ik had de auto tien jaar gelden gekocht, en sommige auto’s van dit merk werden geleverd met een noodreparatieset in plaats van een reserveband. Het instructieboekje gaf in deze geen uitsluitsel. Toen vroegen ze of ik een mobiele telefoon bij me had, maar die had ik deze avond helaas thuis op mijn bureau laten liggen. Gelukkig mocht ik hun telefoon even gebruiken om de hulpdienst te bellen. Die waren er binnen 20 minuten- ze verwisselden mijn band (ik had dus wel een reserveband bij me), en dat was dat. Dacht ik. Maar dat muisje had een merkwaardig staartje. 

Een maand later, op 27 maart,  krijg ik van het CBR (Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen) een brief waarin het CBR met onmiddellijke ingang mijn rijbewijs invordert omdat ” er duidelijke aanwijzingen zijn dat betrokkene (dat ben ik dus) lijdt aan een aandoening waardoor hij geestelijk en/of lichamelijk niet goed functioneert, dan wel ernstige psychiatrische problemen ondervindt”. Voorts wordt me gesommeerd mee te werken aan een onderzoek naar mijn rijgeschiktheid. Totdat de uitslag van dit onderzoek bekend is mag ik niet meer autorijden. Dat ik intussen een maand gewoon auto had gereden, en dat ik drie maanden daarvoor medisch was goedgekeurd bij de verlenging van mijn rijbewijs (de verplichte keuring voor hen die 75 jaar of ouder zijn) speelde daarbij kennelijk geen rol.

Bij het beluit was nog een mededeling gevoegd dat ik uiteraard tegen dit besluit een bezwaarschrift kon indienen bij de bestuursrechter, maar dat ik daar weinig kans zou maken. Een lijst van afgewezen argumenten hadden ze al vast bijgevoegd, zoals “ik heb mijn rijbewijs nodig voor mijn werk”. Overigens zou die procedure ook al gauw drie maanden duren. Dat schoot dus niet op.

Dit was een typisch geval van jammer, temeer daar we net geboekt hadden voor een camperreis in de VS (2 juni) en het CBR me desgevraagd kon meedelen dat deze hele procedure wel drie maanden in beslag kon nemen. Een annuleringsverzekering dekt in zo’n geval de schade niet. Wat nu? Gelukkig bleek goede raad niet duur.  (wordt vervolgd)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *