En niet het snijden doet zo’n pijn,
maar het afgesneden zijn.
(M. Vasalis)
Welke grote dingen in ons leven zijn eigenlijk klein, en welke kleine dingen zijn eigenlijk groot? Met deze vraag eindigde ik mijn vorige blog.
De Buddha zei dat de werkelijkheid een illusie is, Maya. Ik denk niet dat hij daarmee bedoelde dat er niet ‘echte’ dingen in de wereld zijn en gebeuren, maar dat we die, zolang we niet verlicht zijn, nooit rechtstreeks kunnen waarnemen. We kleuren de werkelijkheid in met onze vooropgezette beelden, en daarom is wat we waarnemen illusoir.
Veel dingen die we belangrijk achten in ons leven, grote dingen, zijn in feite klein. Mijn eigen dood bijvoorbeeld zal klein zijn, bijna banaal. De dood komt zo algemeen voor, dat het niets unieks heeft; het betekent niets in het licht van de eeuwigheid. Het is gewoon een incident van de wet dat het bestaan van alle materie, ook de levende materie, eindig is.
Andere dingen die voor vele mensen grote betekenis hebben zijn in feite ook klein. Vernedering bijvoorbeeld, of verraad. Geld (Geld macht nicht glücklich, aber es beruhigt kolossal), status, macht. Het verlies van je huis, je spullen. En misschien zelfs het verlies van geliefden (maar zie de dichtregel van M. Vasalis hierboven).
Wat zijn dan de grote dingen des levens, die vaak door sommige mensen als klein worden gezien? Een paar keer heb ik een openbaring gehad, die mij toegang gaf tot een dieper weten. Ik heb giften in de wereld meegekregen die ik zeer waardeer: veerkracht, moed (in sommige opzichten), het vermogen tot empathie en liefde, helderheid, intuïtieve vermogens, toegang tot mijn diepste geweten. Ik heb mijn bestemming in dit leven gevonden, evenals, tot twee keer toe, mijn levenspartner. Ik heb schoonheid ervaren. Ik ben gezond. Ik heb twee keer een dark night of the soul mogen beleven. Dat zijn voor mij de grote gebeurtenissen in mijn leven. (Het is nog niet eens een uitputtende opsomming)
Ziekte, verdriet, geweld, het collectieve uitsterven (zie mijn blog van 9 mei) – zijn dat grote of kleine gebeurtenissen? Of iets daar tussenin? Daar ben ik nog niet uit.
Ik denk dat het wel goed is om over deze zaken eens te reflecteren. Misschien komt u tot een heel andere conclusie dan ik. Maar in elk geval helpt deze reflectie ons om te relativeren* en wezenlijke prioriteiten te stellen, en niet van de kaart te raken door wat slechts een rimpeling is in de oceaan van het bestaan.
*) Zie Erik van Praag en Jan Paul van Soest: Het leven een spel, 2008