Vorige week publiceerde ik een column van Dirk Bezemer, die liet zien welke ramp ons treft met dit kabinet. Om te laten zien wat het verschil is met een behoorlijk regeringsprogramma laat ik hieronder een tabel zien waarbij het beleid van dit kabinet afgezet wordt tegen het programma van GL-PvdA. Daaraan valt ook te zien wat het effect is als het beleid meer gericht wordt op de publieke goederen en collectieve investeringen dan op de individuele consumptie. Dat is een beleid waarbij de vermogenden erop achteruit gaan. Zij zullen echter niet tot armoede vervallen. En ze kunnen nog altijd naar het buitenland vertrekken, evenals de bedrijven die meer winstbelasting zouden moeten betalen. Het zou interessant zijn eens wetenschappelijk uit te zoeken hoeveel vermogenden en bedrijven dat daadwerkelijk zouden doen, en wat ons dat zou kosten (bij mijn weten heeft een dergelijk onderzoek niet plaats gevonden). Overigens vallen daar ook nog wel enige fiscale maatregelen tegen te nemen.
Auteursarchief: Erik van Praag
De gewone Nederlander.
Prinsjesdag en de algemene beschouwingen zijn nu voorbij, en we weten nu wat we van deze regering kunnen verwachten. Ik geloof niet dat de meesten van ons zich realiseren wat voor een ramp er boven ons land hangt. Niemand kan dat wat mij betreft beter beschrijven dan Dirk Bezemer in de Groene Amsterdammer nr. 36 van 4 september 2024. Daarom neem ik nu die column van hem over. Dit blog wordt daardoor wel veel langer dan u van mij gewend bent, maar dat neem ik op de koop toe. Als het u te lang is, dan kunt u het gewoon overslaan toch?
De begroting is rond! Wat kunnen we dus verwachten?
Dit werd het kabinet dat er nu eindelijk eens voor de gewone Nederlander wilde zijn. De gewone Nederlander liep immers vast in ingewikkelde toeslagen. Haar inkomen uitgehold door inflatie. Haar baanzekerheid ondermijnd door flexwerk, en de oneerlijke concurrentie van uitgebuite arbeidsmigranten. Openbaar vervoer was duurder en onzekerder geworden, of lokaal afgeschaft. De tandarts en kinderopvang waren overgenomen door private equity, zodat de prijzen stegen en de kwaliteit daalde.
Het onderwijs leed onder mobieltjes en toetsdwang. Docenten verloren autonomie, en er waren er bovendien steeds minder, juist daar waar goed onderwijs het hardst nodig is. Voor de gewone Nederlander was de kans op een betaalbare woning snel geslonken door afgeschaft woningbeleid en geslonken corporaties. Investeerders en huisjesmelkers kregen ruim baan om prijzen en huren op te drijven.
De gewone Nederlander woont naast Tata, Schiphol en Chemours, of achter een megastal. Er zijn rondom de Nederlander steeds minder insecten, vogels en vlinders te vinden. Haar gezondheid lijdt onder overgewicht, lawaai, fijnstof, PFAS en ammoniak. Sommige gewone Nederlanders runnen zelf zo’n megastal. Ze willen ontkomen aan de dwingende logica van agrobedrijven en aan de hoge schulden die daarbij horen. Ze snakken naar helder beleid dat hen helpt het anders te doen. Ook de vlinders snakken ernaar.
Het nieuwe kabinet, dat er voor de gewone Nederlander was, zou dus een andere koers in moeten slaan. Het hoefde er niet eens nieuwe ideeën voor te hebben.
Er zijn al aanbevelingen van de commissie-Borstlap voor een rechtvaardiger en beter werkende arbeidsmarkt. Gewoon, door Nederlandse wetgeving over loon en werkomstandigheden toe te passen. Uitbuiting van arbeidsmigranten zou niet meer lonen, de migratiedruk op voorzieningen en woningen zou afnemen, werk zou lonender en gezonder worden. Drie vliegen in één klap.
Er lag ook al het voorstel voor een belasting op de waardestijging van vastgoed die miljarden op zal leveren. Dat zou én de woningspeculatie bestrijden én fiscale ruimte scheppen voor meer bestaanszekerheid.
Het Kabinet voor de gewone Nederlander zou dan fors kunnen investeren in de spoorwegen, in onderwijs en woningcorporaties. Het zou eindelijk integraal kunnen kijken naar het verouderde bedrijfsmodel van Nederland: uitbuitarbeid, distributiecentra, vliegtuighub, vleesexport, en financiële investeringen die de samenleving niets opleveren. Het zou eindelijk eens vragen hoe de gewone Nederlander geholpen was bij de lobby’s van banken, agro en voedselindustrie waardoor verandering, ondanks goede ideeën, maar niet van de grond kwam.
En wat doet het kabinet?
De NS moet bedelen om geld, boeken en andere cultuur worden duurder, het mes gaat in wetenschappelijk onderwijs en onderzoek. Kijk, dat is een mooi begin. De geplande verhoging van het minimumloon wordt teruggedraaid. Check, meer bestaanszekerheid. Beursgenoteerde bedrijven kunnen toch belastingvrij eigen aandelen inkopen, zodat de winst niet naar investeringen en innovatie gaat. Prima ideetje. Brandstof blijft voor iedereen tot 2025 goedkoper en voor boeren permanent; een aangekondigde CO2-heffing wordt teruggedraaid, de aanschaf van elektrische auto’s wordt niet meer gesubsidieerd. Een mooie stap in het stimuleren van de Chinese auto-industrie en het afremmen van de klimaattransitie.
Het is om razend van te worden. Nederland loopt vast en moet op de schop, het land heeft daartoe een uitstekende uitgangspositie en geweldige kansen. Zoveel crisissituaties, zoveel goede ideeën, en dan zulke onbenullige plannen?
Inhoudelijk is dit niet te snappen, politiek helaas wel. De PVV is er voor Geert Wilders, de BBB om de agrarische status quo in stand te houden. In die hoek walmt de ideeënarmoede je tegemoet. Veertien van de 28 bewindslieden zitten er voor iemand met geel haar of om de veestapel groot te houden, serieus kun je ze eigenlijk niet nemen. De VVD heeft uitstellen tot regeerstijl verheven, ook hier geen verrassing. NSC benoemt veel van de problemen in haar verkiezingsprogramma, maar bijt zich tot nu toe vast in de vernederlandsing van het onderwijs, minder transgenderwetgeving en box 3 oplossen. Tja.
Gewone en andere Nederlanders dreigen in onbenulligheid gesmoord te worden. Het is nu tijd dat de kiezer, populistisch of niet, de partijen aan hun beloftes gaat houden.
Hoop, veerkracht en voldoening.
Mijn vorige blog eindigde ik met de volgende zin: Als je er achter komt wat er werkelijk aan de hand is, en dat confronteert met je heilig contract, dan kom je vanzelf in beweging. Daaraan kan je zien hoe belangrijk het is op twee niveau’s te werken aan je persoonlijke en spirituele groei: aan je binnenwereld en aan je relatie met de buitenwereld. Als je door de problemen in de buitenwereld geraakt wordt zonder dat je aan je innerlijke wereld hebt gewerkt, word je boos en verdrietig, en ook wanhopig omdat je je machteloos voelt. En als je als reactie daarop de buitenwereld uit je bewustzijn buitensluit, en alleen werkt aan je eigen persoonlijke ontwikkeling, voel je je op den duur ook niet goed. Want die buitenwereld gaat daarmee niet weg, en op de achtergond van je bewustzijn zul je je daar altijd onbehaaglijk over voelen. Bovendien mis je dan het contact met de schoonheid, die er in de buitenwereld ook is.
Maar als je verbonden met je social contract, ligt dat anders.
Je heilige contract is vrijwel nooit zo geformuleerd dat het rechtstreeks verwijst naar een van de grote maatschappelijke problemen (klimaatverandering, extinctie, oorlog en geweld, verlies van biodiversiteit, racisme, de bedreiging van de democratie, enz.). Het gaat meer over je hogere levensdoel: wat jij persoonlijk te doen, te leren en bij te dragen hebt. Die bijdrage kan je altijd leveren, ongeacht het effect daarvan. En als je die levert creëer je als bijproduct hoop, veerkracht en voldoening. Het is niet jouw en mijn taak en functie de wereldproblemen op te lossen. De oplossing daarvan zal alleen maar gebeuren als er we in het collectieve bewustzijn een kantelpunt bereiken.*) Wij kunnen daar alleen maar een druppeltje aan bijdragen.
Ons dit alles te realiseren geeft innerlijke rust en maakt het mogelijke blijmoedig in het leven te staan ondanks onze collectieve crisis. Verdriet en zelfs woede kan dan tegelijkertijd met die blijmoedigheid bestaan. We zullen dan ook wat makkelijker onze schouders kunnen ophalen over wat onze ‘leiders’ (nou ja. . . ) doen of juist nalaten, en ons ergernissen kunnen loslaten. In ons eigen leven kunnen we onze missie, of minder plechtig, onze opdracht, vervullen, en zodoende verschil maken.
*) Interessante artikelen over kantelpunten zijn:
1. Interview met Maurice Timmermans, Trouw, 15 augustus 2024, waarin hij een verbinding legt tussen kantelpunten in natuurlijke ecosystemen en maatschappelijke kantelpunten; en
2. Sanne Bloemink, Wachten op de big push, De Groene Amsterdammer, 12 juni 2024
Hoopvolle artikelen.Ik kom er misschien later nog eens op terug.
Wat houdt bewustwording eigenlijk in?
Zij die er naar streven hun bewustzijn te ontwikkelen kunnen niet volstaan met de ontwikkeling van zelfinzicht. Je kunt in dat geval niet uitsluitend je aandacht naar binnen richten, maar moet ook aandacht besteden aan de buitenwereld. Je moet je dan zoveel als mogelijk is bewust worden van wat daar gaande is. Je zult verbinding moeten maken met de natuur, waar je deel van uit maakt, en met de schoonheid in de wereld en open staan voor het mysterie. Maar je zult ook de grote wereldproblemen onder ogen moeten zien: atoomdreiging, oorlog, de klimaatcatastrofe, het verlies van biodiversiteit, de dreiging van extinctie, de VRESELIJKE armoede, en zo meer. Als je dat allemaal niet doet, dan zal het nooit veel worden met je persoonlijke groei. (Het ‘moeten’ in de vorige zinnen is dus geen moreel voorschrift, maar een voorwaardelijk ‘moeten’)
Zoals allen die mijn blog vaak lezen al weten: Wat betreft de binnenwereld is het van belang je levensdoel te vinden: wat is dat je in dit leven te leren, te doen en bij te dragen hebt? Het is niet altijd makkelijk om dit levensdoel, je bestemming, je heilig contract te vinden en expliciet te maken, maar als je er voor open staat lukt het eigenlijk altijd *). En als je dit eenmaal gevonden hebt (of er dichter bij komt) dan wil wil je er ook mee werken, en iets doen aan een of meer van de wereld problemen die ik boven heb aangestipt. Maar om daar effectief mee om te gaan moet je ze doorgronden; er dieper in duiken, nagaan wat er eigenlijk aan de hand is. Dat vraagt inspanning: googelen, artikelen of boeken bestuderen, het nieuws volgen en leren echte informatie van nep te onderscheiden (bijvoorbeeld door bijeenkomsten te bezoeken en er met anderen over te praten).
Voor mijn vakantie heb ik het gehad over het armoede/rijkdom probleem, en ook daarvoor geldt: als je daar wat aan wilt doen, dan moet je het eerst bestuderen. Nagaan hoe wijdverbreid (wereldwijd) en hoe ingrijpend het is (bronnen onder andere: artikelen van Ingrid Robeyn en Dick Timmer, te vinden op internet) . En je los maken van je morele oordelen, die het zicht op de realiteit vertroebelen. Maar als je er achter komt wat er werkelijk aan de hand is, en dat confronteert met je heilig contract, dan kom je vanzelf in beweging. En dat is een solide basis voor hoop, ongeacht je resultaten. Ik kom daarover volgende week verder te spreken.
*) Een paar hulpmiddelen staan in mijn boek Op weg naar jezelf, pg. 74-77.
Geld macht nicht glücklich, aber es beruhigt kolossal.
Als armoede een probleem is, dan is het de vraag of rijkdom niet ook een probleem is.
https://www.human.nl/lees/boekgesprek/dick-timmer.html
Vorige week schreef ik over de schade die rijke mensen ons berokkenen. Maar wat in dit verband is rijk? En wat is nog moreel verdedigbaar? Daarover zijn vele beschouwingen geschreven, en daaruit komt naar voren dat een inkomen boven de 1,5 miljoen niet meer extra bijdraagt tot het persoonlijk welzijn, en dat de meeste mensen een inkomen/vermogen boven de 2-3 miljoen niet meer ethisch verantwoord vinden. (ongeacht hoe het is verkregen). En vorige week lieten Jamal Quarachi en Ingrid Robeyns zien dat extreme rijkdom ronduit schadelijk is voor de samenleving. Maar er ligt een grijs gebied tussen extreme rijkdom en een redelijk inkomen van € 40.000 tot € 60.000 bruto per jaar.*). En eveneens tussen de bovengenoemde miljoenen en de echt superrijken.
Het komt er eigenlijk op neer dat dat iedereen met een inkomen vanaf ca. € 50.000 bruto en/of een vermogen van ca. € 100.000 of meer, de overwaarde van het huis inbegrepen (zoals ik), welgesteld moet worden genoemd. Daarmee hebben we kennelijk voldoende belangen om het overheidsbeleid en het bedrijfsleven te ondersteunen in het huidige beleid, dat er op gericht is de rijken steeds rijker en de armen steeds armer te maken. (Met name in het bedrijfsleven zijn er wel bedrijven die hierop een uitzondering vormen, maar het is vooralsnog een kleine minderheid). Het wonderlijke is echter dat dit beleid ook op grote schaal door de minder welgestelden gesteund wordt. VVD, PVV, CDA, CU en D66, en zelfs korte tijd de PvdA, voeren al jaren een beleid dat inkomensverschillen bevordert. Zij worden en masse door de kiezer gesteund. Bizar. Het is trouwens in het buitenland niet anders.
Ik ga nu even niet in op hoe dat komt, maar vraag me liever af of we die trend zullen kunnen doorbreken. Daarover wordt verschillend gedacht. Ingrid Robeyns en Jane Goodall zijn voorbeelden van mensen die denken van wel, maar iemand als Dick Timmer twijfelt. Het is eigenlijk net als met het klimaatprobleem: de overgrote meerderheid van de bevolking is zich van het probleem bewust, maar niet bereid zich daar echt voor in te zetten. De oplossing moet nog van anderen komen, maar zijn we bereid zelf een stap te zetten buiten onze eigen comfort zone? En wat zou dat dan betekenen?
Met deze vragen laat ik u even alleen, want zelf ga ik de volgende week op vakantie en verschijnt er dus geen blog.
*) Deze grens is natuurlijk heel arbitrair. Hij geldt voor de Westerse wereld, voor twee personen, in normale omstandigheden.
De rijke mensen crisis.
Extreme rijkdom is funest voor de samenleving, democratie en het klimaat.
(Ingrid Robeyns)
Op 1 augustus had ik het over de schurken die deze wereld kapot maken. Ik dacht daarbij vooral aan oorlogshitsers, onverantwoordelijke dictatoren, CEO’s en populisten. Éen categorie zag ik daarbij over het hoofd: De categorie van de rijkaards en zij die de tegenstelling tussen arm en rijk instandhouden en bevorderen. Daarover is een schitterende column geschreven door Jamal Ouariachi, die ik beschouw als een van de beste columnisten in Nederland. Omdat hij het beter kan verwoorden dan ik het zou kunnen, laat ik hem in dit blog aan het woord, ook al wordt dit blog daardoor veel langer dan u van mij gewend bent.
Column Trouw (Zomertijd)
Nederland is een verzorgingsstaat voor de rijken, gefinancierd door de armen
9 augustus 2024
We bevinden ons midden in een gigantische rijke-mensencrisis.
Nou ja zeg! Respectloos! Zo praat je over asielzoekers of over daklozen, maar toch niet over mensen die keihard hebben gewerkt voor hun fortuin? Wees gewoon dankbaar! Uiteindelijk profiteert iedereen, óók jij, mee van de welverdiende welvaart van die uitzonderlijk harde werkers.
Hardnekkig idee is dat toch: dat de rijkdom van een kleine groep op den duur positieve economische effecten oplevert voor een veel grotere groep. Hardnekkig, maar het klopt niet. Oxfam rapporteerde in januari dat de vijf rijkste mensen ter aarde hun fortuin in de afgelopen vier jaar hadden verdubbeld, terwijl de 60 procent armsten ter wereld — bijna vijf miljard mensen — erop achteruitgingen. Er bestaan veel van zulke statistieken, en allemaal laten ze hetzelfde zien: de ongelijkheid neemt toe.
Niet alleen in inkomen. Rijke mensen wonen in grote huizen die enorm veel energie slurpen en als ze niet thuis zijn, vliegen ze de wereld rond in privéjets, die gemiddeld per passagier tien keer zoveel CO2 uitstoten als commerciële vliegtuigen.
Bruikbare idioten
In Nederland betalen de allerrijksten fors minder belasting dan andere bevolkingsgroepen, zoals het Centraal Planbureau afgelopen mei nog aantoonde.
Rijke mensen zuigen de rest van de bevolking uit.
De bruikbare idioten die hen daarbij helpen, noemen we populisten.
De populist zal nooit naar de werkelijke veroorzaker van de problemen wijzen (rijke mensen!), maar naar een makkelijke zondebok. Zo wordt de ene groep mensen met weinig inkomen opgestookt tegen de andere groep mensen met weinig inkomen: de arme autochtoon versus de arme migrant.
Zo werkt ook het kabinet-Schoof. Migratie als hoofdobsessie, terwijl alle beloftes gedaan aan arme PVV-stemmers verdwenen into thin air of werden uitgesteld. Ondertussen wordt het geld van rijke mensen goed bewaakt: de verhoging van de brandstofaccijns is uitgesteld (rijken gebruiken nu eenmaal meer brandstof dan armen), de vermogensbelasting gaat omlaag, er komt belastingvrije inkoop van eigen aandelen, en zo zijn er nog meer luxe-cadeautjes.
Nederland is een verzorgingsstaat voor de rijken, gefinancierd door de armen.
Leuke regeling
Hoe moet het ook anders, want als je rijke mensen hoger wil belasten, dreigen ze met vluchten naar het buitenland. Maar willen we zulke mensen wel hier houden? Zijn we ze niet beter kwijt dan eh… rijk?
Italië heeft sinds 2017 een leuke regeling voor vermogende buitenlanders: wie zich daar vestigt, kan voor 100.000 euro belastingen over inkomsten uit het buitenland afkopen. Lijkt veel, is niks als je miljardair bent. Ik stel dan ook voor dat we alle superrijke Nederlanders die niet willen meewerken aan een eerlijker verdeling van de rijkdom, op een boot zetten, vooruit, een superjacht, linea recta naar Italië. Daar zijn ze toch al gewend aan bootvluchtelingen. Iedereen tevreden.
Jamal Ouariachi is schrijver van romans en verhalen en maakt de wekelijkse podcast Schrijven met Ouariachi. Lees hier eerdere columns van Ouariachi terug.
Nieuwe Amsterdammers.
Als een statushouder (SH) (zie mijn blog van vorige week) een woning krijgt toegewezen, dan krijgt hij een zogenaamde afsprakenbrief. Daarin wordt hij/zij uitgenodigd om allereerst de woning te bezichtigen en te controleren of alles in orde is en zo ja, het huurcontract te tekenen.
Die woning is dan door de woningbouwcorporatie gerenoveerd, dus als regel in goede staat. Op dezelfde dag dient de SH zich dan te melden bij de gemeente, Dienst Wonen, om huurtoeslag aan te vragen, en contracten af te sluiten voor energie- en waterlevering. Daar wordt hij/zij allereerst van harte gefeliciteerd met de woning en welkom geheten, en vraagt de ambtenaar of de woning hem/haar bevalt (als regel is dat het geval en is de SH er heel erg blij mee). Dan krijgt de SH een bedrag afhankelijk van het woningoppervlak voor aanschaf van vloerbedekking, en krijgt een lening aangeboden van € 1600, € 2250 voor een echtpaar of gezin, voor aanschaf van de benodigde spullen. Die moet worden terugbetaald in 36 maandelijkse termijnen, die van zijn/haar uitkering worden afgetrokken. Hij/zij wordt ingeschreven bij woningnet (entreegeld wordt betaald door de gemeente) en krijgt het adres van vluchtelingenwerk, alsmede een lijst van adressen waar hij/zij zijn/haar woninginrichting kan kopen dan wel tweedehands of gratis kan verkrijgen. Zijn/haar huurtoeslag wordt aangevraagd, en alle formulieren worden door de ambtenaar in overleg met de statushouder ingevuld, zodat hij/zij alleen maar hoeft te ondertekenen. Temslotte wordt hij ingeschreven bij het bevolkingsregister van de gemeente.
Precies een week later moet de sh zich melden bij de dienst Werk, Participatie en Inkomen (WPI), alwaar de uitkering wordt aangevraagd en de ziektekostenverzekering wordt geregeld. Ook daarvoor moeten formulieren worden ingevuld en getekend. Tevens krijgt hij/zij dan een gift van € 600 (alleenstaande) of € 1000 (partners). Dit is in grote lijnen de gang van zaken.Er zijn nog wel enkele details, of uitzonderingen waarbij het anders gaat, maar dat laat ik nu maar rusten. Bij dit hele best gecompliceerde proces proberen we, als er een vrijwilliger beschikbaar is, de statushouder te begeleiden en te adviseren. Zij zijn daar meestal heel blij mee, want het is moeilijk om meteen door de vele bomen het bos te zien.
Zodra de gemeente Amsterdam van het COA (Centraal Opvangorgaan Asielzoekers) opgave heeft gekregen van het aantal statushouders dat ze moeten huisvesten, coördineert de Directie Wonen de hele procedure: overleggen met de woningbouwverenigingen en de logistiek van het hiervoor genoemde proces. Dat loopt bijna altijd op rolletjes. Ook hiervoor wil ik de gemeente graag complimenteren, al ligt hier natuurlijk ook een redelijke rijksregeling aan ten grondslag. Ik ben benieuwd of de nieuwe regering hierop wil bezuinigen; zo ja, dan krijgen we ongetwijfeld binnen afzienbare tijd Belgische toestanden, alwaar de asielzoekers intussen op de openbare weg slapen – bijvoorbeeld in Brussel. We zullen zien. *)
En hiermee besluit ik mijn beschouwing over de gemeente Amsterdam in relatie tot statushouders. Ik wou het even aandacht geven, omdat ik er zo’n goed gevoel over heb. En een mens wil wel eens geprezen wezen.
*) Terzijde: Landelijk gezien gaat slechts maximaal 10 % van de vrijkomende sociale huurwoningen naar statuszoekers. In gemeenten waar niet zo’n woningschaarste is als in Amsterdam is dat geen probleem, maar in Amsterdam, waar de wachttijd voor starters kan oplopen tot 15-20 jaar, is dat wel zo. De toewijzing van verplichting tot huisvesting gaat namelijk evenredig aan het aantal inwoners per gemeente. Daarbij wordt geen rekening gehouden met lokale omstandigheden, die sterk kunnen wisselen.
Welkom.
Vandaag wil ik eens de lofetrompet steken over twee afdelingen van de gemeente Amsterdam: de diensten Wonen (DW) en Werk, Participatie en Inkomen (WPI). Als vrijwilliger bij Vluchtelingenwerk Nederland (VWN) heb ik frequent met deze diensten te maken. Als aan statushouders een woning is toegewezen, dan begeleid ik ze bij het zich vestigen in de woning en in Amsterdam.
Voor diegenen die niet op de hoogte zijn: statushouders zijn asielzoekers die een verblijfsvergunning hebben gekregen en dus in Nederland mogen wonen. Zij hebben als regel een verblijf van enkele jaren in een AZC (asielzoekerscentrum) – vaak met vele verhuizingen van het ene AZC naar het andere – achter de rug. Eerst een periode tussen asielaanvraag en het verkrijgen van de status; daarna een periode van een half tot twee jaar die verloopt tussen het verkrijgen van de status en de woningtoewijzing. De omstandigheden in het AZC zijn soms okay, maar vaak uitermate sober. Dan krijgen ze de status en de woning en moet er van alles gebeuren: bezichtiging en accepteren van de woning (alles moet werken), tekenen huurcontract, inschrijving bij de gemeente, het kopen en leggen van de vloer, aanschaf van de volledige woninginrichting, aanvraag huur- en zorgtoeslag, afsluiten energie- en watercontract, het afsluiten van een lening, het afsluiten van de zorgverzekering, en nog een aantal details die ik hier maar achterwege laat. Je kunt je voorstellen dat een statushouder die pas uit het AZC komt makkelijk in de brei van al die benodigde activiteiten en formulieren die hij moet tekenen kan verdrinken. Daarom probeert VWN de statushouder bij dit proces te begeleiden, maar helaas hebben we momenteel te weinig vrijwilligers, zodat sommige statushouders het alleen moeten doen. Maar gelukkig is het in Amsterdam zo geregeld dat ze goed worden opgevangen door de gemeente.
In dit verband moeten statushouders zich twee keer melden op het stadhuis (zorgloket). Voordat ik de hele procedure die ze moeten doorlopen ga uitleggen wil ik eerst iets anders zeggen. Ik ben getroffen door de buitengewoon sympathieke wijze waarop de ambtenaren van DW en WPI de statushouders tegemoet treden. Ze worden hartelijk welkom geheten, en gefeliciteerd met de woning. En ook daarna is de hele werkwijze erop gericht de statushouders zoveel mogelijk van dienst te zijn, ze soepel door de bureaucratische procedures heen te helpen en ze zonodig gerust te stellen. Ik heb niets dan lof voor de houding van de ambtenaren. Na alle – vaak terechte – kritiek die we soms hebben op de bureaucratie mag dit ook wel eens gezegd worden.
En ik moet ook zeggen dat de procedure in Amsterdam op zichzelf, hoewel bureaucratisch van karakter, ook bijzonder goed in elkaar zit. Daarover de volgende keer.
De onzichtbare werelden aanroepen.
Het kwaad komt voort uit een tekort aan bewustzijn.
(Boeddha)
Onze wereld wordt gedomineerd door dwazen, schurken, boeven en misdadigers. Zij veroorzaken willens en wetens oorlogen, de destructie van onze leefomgeving, enzovoort – u weet het zelf wel (overigens met de medeplichtigheid van ons allen doordat we het laten gebeuren). Er zijn natuurlijk ook mensen van goede wil, maar die richten weinig uit tegen de rampen die ons, veroorzaakt door de schurken, bedreigen. Dit doet de vraag reizen, of deze boeven ooit kunnen veranderen. Dat kan niet door ze te overtuigen; daarvoor zitten ze te veel vast in starre denkpatronen. Maar misschien kan het door Genade.
In dit verband moest ik recentelijk denken aan A Christmas Carol van Charles Dickens. Daarin wordt de schurk Scrooge bezocht door zijn overleden compagnon, en daarna door drie geesten, die hem meenemen op een reis door verleden, heden en toekomst. Dat is zo’n ingrijpende ervaring, dat Scrooge abrupt verandert in een menslievende man. Je kunt het lezen als een droom van Scrooge, maar het wordt verteld alsof het meer een uitstapje is naar een andere wereld. Hij krijgt de kans daardoor te veranderen – dat is de Genade.
Dit is natuurlijk maar een sprookje, maar zou zoiets ook in werkelijkheid kunnen gebeuren zijn bij een of meer van de schurken? Het lijkt me onwaarschijnlijk, maar onmogelijk is het niet. In het geval van Scrooge gebeurde het in de kerstnacht, en dat is het natuurlijk niet altijd. Hoe meer we er echter in slagen het hele jaar door een sfeer van welwillendheid en vrede uit te stralen, hoe groter de kans dat iets daarvan hen ook bereikt. En daarmee is de kans groter dat de genade hen toevalt. Het uitstralen van welwillendheid en vrede is ook overigens effectiever dan agressief op het kwaad reageren, want daarmee geven we de schurken juist energie.
Wat overigens ook zou kunnen werken is als hen een bijna-doods-ervaring (BDE) toevalt. Het blijkt dat mensen na een BDE meestal diepgaand zijn getransformeerd. Zij voelen zich verantwoordelijker voor de wereld om hen heen en hun persoonlijkheid straalt liefde uit. Dat zou ook zo kunnen werken bij hen die destructief met onze wereld omgaan.
Ik geloof niet dat de dwazen en schurken dit soort diepe ervaringen als droom kunnen hebben – daartegen vormen hun starre denkpatronen een afdoende barrière. Maar ik geloof wel in het bestaan van onzichtbare werelden, van waaruit ze bezocht kunnen worden. Dat geloof geeft me trouwens ook hoop voor onze toekomst, en maakt het mogelijk om op zinnige wijze voor de schurken te bidden en de hulp van de onzichtbare werelden in te roepen. Desgewenst kunt u mijn blogs van oktober en november 2018 over de onzichtbare werelden er nog eens op nalezen.
Overigens: om welwillendheid en vrede uit te stralen is het van belang dat we het kwaad in onszelf herkennen en erkennen, zodat we er voor kunnen kiezen het te parkeren, en het niet in ons gedrag te laten meespelen. We kunnen ons dan verwant voelen met de schurken, die uiteindelijk onze broeders zijn, al hebben we veel moeite hen te accepteren.
Ik heb het altijd al geweten.
In de laatste decennia heeft ‘het geweten’ veel aan betekenis ingeboet.
(Erich Fromm)
In Januari 2022 (6, 13, 20) en oktober van dat jaar heb ik uitvoerig over de ziel geschreven. Toch zijn daar enkele essentiële elmenten niet aan de orde gekomen. Ik doel daarbij op de ‘heilige’ wond, het ‘heilig’ contract en het geweten die alle drie deel uitmaken van onze ziel. Dat wil zeggen dat we in aanleg daarmee geboren worden.
De ‘heilige’ wond is de pijn waarmee we ter wereld komen. Ik geloof dat we allemaal met zo’n wond geboren worden. Waar komt die wond vandaan? Dat weten we niet echt, maar een analyse van de voorgeschiedenis van ons geslacht kan er vaak wel enig licht op werpen. Hoe dit zij, de wond is er al voor onze geboorte, en dus afkomstig uit de onzichtbare werelden; vandaar de kwalificatie ‘heilig’. Het is een opgave in dit leven om die wond te (her)ontdekken en te transformeren tot heilzame actie (ons stukje van de planetaire puzzel).
Het ‘heilig’ contract is onze levensmissie. Dit contract is ook al voor de geboorte gesloten, maar dat is aanvankelijk in dit leven vergeten1). Derhalve moet dit ook (her)ontdekt worden, zodat het in je leven uitgevoerd kan worden en je daarvan de voldoening oogst. Vaak is er een verbinding tussen de wond en het contract – ze kunnen fuseren in je hart – en daarmee vervul je je levensopdracht.
Het geweten is datgene wat je altijd al geweten hebt, maar waarvan je je als kind (nog) niet bewust bent. (Terzijde: dat is wat er in het transformatiepel in de de enveloppe van het persoonlijk onbewuste zit). Het bevat twee soorten inhoud: inzicht over hoe de werkelijkheid in elkaar zit (inzicht in het ware2), en richtlijnen over wat je moet doen en laten (inzicht in het goede3). Dit laatste inzicht dient wel onderscheiden te worden van de normen die je met de paplepel zijn ingegoten, want dat zijn de normen van je omgeving waarvan je nog maar moet zien of die ook onveranderd voor jou gelden.
Het geweten moet onderscheiden worden van wat ik eerder (2 juni 2022) de gedachtenafstemmer heb genoemd: de persoonlijke inwoning van de oorsprong van alles. Beide vormen een richtlijn voor je dagelijks leven en voor de principiële keuzes die je in je leven kunt maken. Daarom is het van belang naar hen te luisteren als je bijvoorbeeld een bijdrage wilt leven aan het behoud van de democratie, waarover ik vorige week sprak. Moge de ziel in onze levens naar buiten komen, en zo de uitspraak van Erich Fromm waarmee dit blog begon logenstraffen.
.
1): Dit proces wordt beschreven door Plato in boek 10 van De Republiek, weergegeven door Caroline Myss in Sacred Contracts, 2002
2): Vgl. Immanuel Kant: Kritik der reinen Vernunft (1781)
3): Vgl. Immanuel Kant: Kritik der praktischen Vernunft (1788)