Categoriearchief: Mens en samenleving

Van draagvlak naar offerbereidheid.

Information about the emergency situation of the Hope Flowers School in Bethlehem: see my blog of January 10, De Ster van Bethlehem. (Dutch. Translation possible via Google translate)

Draagvlak – ik kan dat woord haast niet meer horen. Voordat Hitler Engeland aanviel had Chamberlain ook geen draagvlak voor een oorlog tegen Duitsland. Dat heeft Engeland bijna de kop gelost. Er was een bevlogen leider als Churchill voor nodig om . . ja om wat? Niet om draagvlak te creëren, maar om de bevolking te mobiliseren.

Het Verenigd Koninkrijk laat nu zien wat er gebeurt als je het mobiliseren over laat aan volksmenners. Dan is er tenslotte nergens meer draagvlak voor.

Te onzent is het vooral Buma die maar doorzeurt over draagvlak. Van bevlogenheid valt de man niet te betichten. Het komt niet in hem op dat het juist zijn taak is dat draagvlak te creëren. Door te laten zien wat rentmeesterschap werkelijk inhoudt. Door te staan voor het welzijn, ja zelfs het overleven van onze kinderen, kindskinderen en ons land. Door een Nederland te beschrijven dat praktisch en moreel een voorbeeld kan zijn in de wereld. Door een toekomstbeeld te schetsen van een samenleving die gelijkheid, solidariteit en broederschap als kernwaarden heeft.

We zien een zelfde soort slapheid als het gaat over Europa. Bernard-Henry Lévy (Buitenhof, 27 januari; terug te zien bij ‘Uitzending gemist’ – op 13 maart houdt hij een voordracht in het Amsterdamse Carré) laat zien wat er gebeurt als we niet vanuit onze visie en ons ideaal opkomen voor een gezamenlijk Europa. Dan worden we een speelbal van populistische leiders, die wel de bevolking weten te mobiliseren (tot hun schade overigens, maar dat zal pas later blijken). Zijn bezieling en begeestering mis ik node bij onze leiders, met name ook bij onze premier.

Voorlopig stel ik voor het woord draagvlak uit onze vocabulaire te schrappen, en verder woorden te gebruiken als enthousiasme (de god die van binnen spreekt), inspiratie, beweging en offerbereidheid. (“Vraag je niet af wat het land kan doen voor jou, maar wat jij kan doen voor de wereld” – vrij naar John F. Kennedy).

NB. VOLGENDE WEEK GEEN BLOG VANWEGE EEN KORTE VAKANTIE!

Onze stem verheffen.

Information about the emergency situation of the Hope Flowers School in Bethlehem: see my blog of January 10,  De Ster van Bethlehem. (Dutch. Translation possible via Google translate)

Er is een schrijnend gebrek aan leiderschap in de wereld. Met deze woorden opende ik in 1996 mijn major opus Spiritueel Leiderschap), dat uit mijn zorg daarover voortkwam. Het is nu 2019, 23 jaar later en er is nog weinig veranderd. Tenminste, als we Trump, Salvini, Kaczyński, Poetin, Erdogan, Scholz, Kurz, Bolsonaro, Johnson, Modi, Farage, Wilders, Baudet en vele anderen buiten beschouwing laten. In de woorden van Caspar Thomas (De Groene Amsterdammer, 24-1 2019):  “Wat deze leiders bindt, is een minachting voor onafhankelijke instituties en machtsbeperking.” Het zijn de zogenaamde sterke mannen (geen vrouwen!), die in de loop van de geschiedenis altijd een grote aantrekkingskracht op de bevolking hebben gehad. (Ik schreef daarover eerder in een blog in juni 2018)

Als ik het heb over het gebrek aan leiderschap, dan bedoel ik uiteraard een ander soort leiderschap: humaan, visionair, eerlijk en met liefde voor de planeet. En dan moet ik mijn opmerking meteen nuanceren. Dat soort leiderschap bestaat wel, maar openbaart zich helaas nauwelijks in de nationale en internationale politiek (behalve misschien op lokaal niveau). Daardoor ontstaat er een vacuüm, waarin de bovengenoemde “sterke” mannen veel van wat ons lief is kapot maken.

Als we kijken naar Nederland, dan konstateren we dat Wilders en Baudet samen tussen 20 en 25 % in de peilingen scoren. Als dat bij de verkiezingen zo blijft, dan hebben ze straks 30 of meer kamerzetels. Nog lang geen meerderheid, maar hun invloed is niettemin nu al groot. We zien dat de VVD en het CDA in hun taalgebruik, en soms ook wat betreft de inhoud van hun boodschap al vaak hun oren naar deze heren laten hangen. Zij brengen daarmee de democratie in gevaar.

Zoals, volgens Caspar Thomas, Havel gezegd schijnt te hebben: een democratie kan niet voortbestaan zonder een elite die bereid is het voor haar op te nemen. En Caspar Thomas: “Dat is de grote paradox: democratie vraagt om sterk leiderschap. De democratie heet in crisis te zijn, maar wat werkelijk in crisis is, is het vertrouwen in de democratische leiders.” Uit onderzoek van het SCP blijkt dat het vertrouwen in de democratie vele malen grote is dan het vertrouwen in politici.

Wat we als burgers kunnen doen: blijvend onze stem verheffen tegen de ondermijnende activiteiten van de ‘valse’ leiders en hun volgelingen. En uitdragen wat een mooier perspectief zou kunnen zijn. Misschien ontstaat er daadoor een klimaat waaruit het liefdevolle leiderschap ook aan de top doorbreekt.

En misschien is kenmerkend voor deze tijd van transformatie, dat dat niet één man of vrouw is, maar een team van mannen en vrouwen dat de toekomst van onze planneet werkelijk ter harte gaat, en bereid is daarvoor offers te brengen en te vragen.

Er moeten moeilijke keuzes gemaakt worden.

Information about the emergency situation of the Hope Flowers School in Bethlehem: see my blog of January 10,  De Ster van Bethlehem. (Dutch. Translation possible via Google translate)

Ik schreef er al eerder over. Voor de productie van een smartphone batterij is 10 g geraffineerde kobalt nodig. Voor een batterij voor een elektrische auto 15 kg. Dit kobalt wordt onder de meest gruwelijke omstandigheden gewonnen. Je kunt je dit nauwelijks voorstellen als je het niet gezien hebt. Zie: https://www.youtube.com/watch?time_continue=67&v=JcJ8me22NVs Niet geschikt voor de meer fijngevoeligen en teerhartigen onder ons.

Door de wereldwijde trend om meer elektrisch te gaan rijden zal de vraag naar kobalt exponentieel toenemen. Daardoor valt het niet te verwachten dat de arbeids- en milieuomstandigheden binnen afzienbare tijd drastisch zullen verbeteren. Er zal zo’n schaarste zijn aan kobalt, dat producenten geen eisen kunnen stellen aan de productieomstandigheden, zo ze dit al zouden willen (want het zou de prijs van elektrische auto’s substantieel verhogen). Conclusie: liever geen (elektrische) auto’s, maar meer openbaar vervoer, al levert dat ook een giga probleem op (zie hieronder).

Afgezien daarvan : hoe zullen we binnen afzienbare termijn in staat zijn op duurzame wijze voldoende elektrisch vermogen op te wekken om aan de toenemende vraag te voldoen? We gaan ook elektrisch koken, en op grote schaal warmtepompen installeren. Voor het OV, zie hierboven, zal ook meer stroom nodig zijn. En voor de warmtenetten zullen we ook niet meer kunnen rekenen op gasgestookte, laat staan kolencentrales. Afval-verbrandingsovens misschien? Maar die produceren toch ook CO2? En we wilden trouwens toch naar een circulaire economie?

Kortom, als niet deskundige, maar wel redelijk denkende burger krijg ik de indruk dat over deze zaken nog veruit onvoldoende is nagedacht. Hopelijk brengen de doorrekeningen van het klimaatakkoord van het Planbureau voor de Leefomgeving licht in deze duisternis. Maar met de arbeidsomstandigheden in de Congo zal wel geen rekening worden gehouden. Ik hoop dat ik me vergis.

Heldhaftig, vastberaden, barmhartig?

Information about the emergency situation of the Hope Flowers School in Bethlehem: see my last blog, january 10. 

Onze overheid saboteert doelbewust die maatregelen die een wezenijk effect sorteren op het gebied van klimaat, immigratie, maatschappelijke tegenstellingen, sociale ongelijkheid en de vermenging van boven- en onderwereld. Dat komt omdat er één doelstelling centraal staat, waar alle andere doelstellingen voor moeten wijken: economische groei, en daaruit afgeleid: bevoordeling van het bedrijfsleven. Dat bedrijfsleven, althans het grootbedrijf, draagt evenmin bij tot de oplossingen van de genoemde problemen.

Twee voorbeelden om deze stelling te ondersteunen. Waarom voeren we niet een fatsoenlijke CO2 heffing in, zoals het Verenigd Koninkrijk, Finland, Frankrijk, Ierland en Zwitserland, maar wachten we tot de EU met Sint Juttemis een vaag compromis sluit? En waarom propageren we elektrische auto’s (voor de meer welgestelden) terwijl we niet echt een oplossing hebben voor hoe we alle electriciteit duurzaam moeten opwekken om al die auto’s te laten rijden? Laat staan dat we een oplossing hebben voor de schadelijke sociale en milieueffecten die het gevolg zijn van de productie van deze auto’s (als u de gruwelijke details wil weten; zie mijn tijdlijn op Facebook: https://www.facebook.com/erik.vanpraag

Ik ga deze bovenstaande drastische stelling hier niet verder onderbouwen. Iedereen kan zich hierover een mening vormen op grond van alle berichten die in de media zijn te vinden. Wat ik echter wil onderstrepen is dat ook de politieke partijen, misschien met uitzondering van de Partij voor de Dieren, het laten afweten. Geen van hen durft het fundamentele vraagstuk aan de orde te stellen: hoe kunnen we een humane wereld scheppen met tegelijkertijd economische krimp? Een geweldige uitdaging, die moed en creativiteit vereist. En uiteindelijk slaat dat natuurlijk terug op ons burgers: wij creëren onze regering en onze politieke partijen.

Vastberaden? Jazeker, maar wel de verkeerde kant op. Heldhaftig: hier en daar zien we helden, maar dat is zeker geen mainstream (al komen er meer. . . ). Barmhartig, daarin schieten we als collectief volledig te kort. Hetgeen ons natuurlijk niet hoeft te verhinderen op individueel niveau barmhartigheid te beoefenen.

2019, het begin van de Great Turning?

In mijn vorige blog beschreef ik hoe we kunnen bevorderen dat de Great Turning (de bewustzijnstransformatie) daadwerkelijk gaat plaats vinden. Hier nog enkele tips:

  1. De werkelijkheid onder ogen blijven zien. Maak het niet erger dan het is (er is veel moois in de wereld en er gebeuren prachtige dingen), maar ook niet mooier. Dit is voor de lezers van mijn blogs en boeken natuurlijk niets nieuws.
  2. Handel volgens je werkelijke leeftijd. Ik citeer opnieuw Joanna Macy: dat is de leeftijd van de atomen in elk molecuul van je lichaam. Je echte leeftijd echoot 4 miljard jaar terug. Zo oud ben je – het leven in deze laatste miljarden jaren heeft je gevormd, dus als je handelt en spreekt voor wat er moet gebeuren – de wetten en ruimte en patronen en structuren die nodig zijn voor een regenererende samenleving – onthoud dan dat je spreek met het gezag van jouw 
  3. 4 miljard jaar.
  4. En dit is ook oud nieuws: handel volgens wat je hart en hand te doen vinden, ongeacht het resultaat. Geef daarbij voorrang aan wat je in en met de natuur waarvan je deel uit maakt kunt doen: het met aandacht verzorgen van je dieren, planten en, als je die hebt, je tuin. Ook zorg voor je huis, en je fysieke omgeving in het algemeen is belangrijk. En uiteraard zorg voor je eigen lijf. Je denkt misschien dat dit allemaal niet zo belangrijk is voor je bijdrage aan de Great Turning, maar het vormt er juist het fundament van.

Pas als deze dingen in orde zijn heb je de basis gelegd voor zowel een effectieve spirituele praxis als voor efficiënte maatschappelijk actie. Nog één tip: je kunt de Great Turning niet alleen bewerkstelligen. Dus: maak verbinding en communiceer met mensen van goede wil, zowel diegenen die net zo denken als jij, maar ook met hen die minder bewust leven.

Ik had je al een gezegend nieuwjaar toegewenst, ik voeg daar nu mijn wens voor een vruchtbaar 2019 aan toe.

Verdriet als de weg naar liefde.

Twee weken geleden beschreef ik de drie maatschappelijke scenario’s die in alle industriële samenlevingen van deze tijd tegelijkertijd naast elkaar bestaan, en ook in ieder van ons leven. Een onderdeel van het derde scenario, The Great Turning, is een verschuiving in ons bewustzijn. Een van de manieren om die verschuiving te bevorderen is om, in de woorden van Joanna Macy, vrienden te worden met ons verdriet. Ik citeer haar (vertaald): We hebben enorme verliezen geleden: plaatsen waar we van hebben gehouden en verloren; dromen die we hebben gekoesterd en opgegeven, rollen die we hebben gespeeld en waar we geen plaats meer voor kunnen vinden, vaardigheden die we niet langer kunnen gebruiken, geliefde landschappen geplunderd. Centraal in het werk dat ons verbindt met de wereld staat de kans om het verdriet daarover te eren, inclusief de angst en de verontwaardiging – onze pijn voor de wereld. Door het tegen elkaar te zeggen, het op de een of andere manier tot uitdrukking te brengen, wordt de verlammende gevoelloosheid die inherent is aan het normaliseren van de Industrial Growth Society tegengegaan. . . . Verdriet is de andere kant van liefde. Als we ons verdriet niet volledig voelen, zijn we niet in staat om de volle maat van onze liefde te ervaren. En ons door de liefde te laten leiden, zou ik daaraan willen toevoegen.

Tot zo ver Joanna Macy. Verdriet als de weg naar liefde. Dat is wat ik mijn eigen leven heb ervaren. Ik vind dat een mooie gedachte bij de komende jaarwisseling. Het afgelopen jaar was in een aantal opzichten heel teleurstellend: geen majeure stappen op klimaatgebied, de Brexit, de verdere afbraak van samenwerking in de wereld door president Trump, enfin, u weet het zelf wel. Dat alles doet pijn. Maar laten we die pijn niet wegdrukken, dan kunnen het nieuwe jaar ingaan met onze versterkte liefde. Dat wens ik mezelf en alle lezers toe.

Er waren trouwens ook enkele opmerkelijk lichtpunten – misschien is het u ontgaan.  In Hongarije heeft de leider van extreem rechts, Márton Gyöngyösy, eerdere antiracistische en antisemitische uitspraken herroepen, neemt ook een gematigder standpunt tegenover de Islam, en vindt bovendien dat echte vluchtelingen in Hongarije moeten worden toegelaten. Daarmee heeft hij samenwerking met de linkse oppositie tegenover premier Orbán mogelijk gemaakt. En hier in Nederland: het Urgenda-vonnis is in hoger beroep bekrachtigd en de klimaatwet is aangenomen. Amsterdam heeft nu een vrouwelijke burgemeester die komt uit een groene traditie. Het inzicht dat het zo niet verder kan met de wereld, zowel in sociaal als in economisch en ecologisch opzicht, begint veld te winnen. Nog niet in onze regering en in het bedrijfsleven, maar vroeg of (te) laat zullen die voor deze opkomende bewustzijnsgolf moeten buigen.

Dus wie weet zal 2019 enkele opmerkelijke veranderingen laten zien. Hoe dit zij, ik wens u persoonlijk een gezegend nieuwjaar, met veel vreugde, verdriet en liefde.

De verhalen van deze tijd.

Soms zegt een leraar iets dat je eigenlijk al wel weet, maar zet het zo mooi op een rijtje dat het toch overkomt als een nieuw inzicht.  Dit overkwam me dezer dagen in een sessie met Joanna Macy (de bedenker van de Council of Alle Beings) vanuit Findhorn. Zij stelde dat in onze samenleving drie verhalen de boventoon voeren. Verhalen die werken als een lens waardoor we de realiteit zien en beoordelen. Die drie verhalen zijn:

  1. Business as Usual
  2. Het grote uiteenvallen (the Great Unraveling)
  3. De grote omkeer (the Great Turning)

Het eerste verhaal spreek voor zichzelf. Het tweede verhaal  beschrijft de vernietiging van de wereld zoals wij die kennen, door de ineenstorting van ecosystemen, klimaatrampen, atoombommen, enfin, u kent het wel. Het derde verhaal is het scenario van de hoop, soms tegen beter weten in. Het schetst een wereld waarin we de problemen van het tweede verhaal overwinnen, en we een sprong maken naar een hoger niveau van bewustzijn, hetgeen resulteert in een meer harmonieuze wereld.

Deze denkscenarios bestaan tegelijkertijd in vrijwel elke samenleving op deze planeet. Wat Joanna wel zijdelings noemt maar niet benadrukt, is dat deze scenarios ook stevig zijn verankerd in elk van ons persoonlijk, ook al verdringen we sommige van die scenario’s. In mijn eigen leven bijvoorbeeld wordt een groot deel van mijn denken en leven nog steeds in beslag genomen door ‘business as usual’, hoewel ik me van die andere scenario’s best bewust ben. 

Het punt dat ik in dit blog wil maken is dat we er goed aan doen ons bewust te zijn en blijven van de rol die elk van deze scenario’s speelt in ons denken en handelen. Zouden we ons beperken tot ‘business as usual’, zoals veel voorkomt in de politiek en het bedrijfsleven (al wordt soms lippendienst bewezen aan een van de andere scenario’s *), dan verandert er niets en koersen we zeker af op een of meer rampen. Als we onevenredig veel nadruk geven aan scenario 2, dan verliezen we de moed, en worden we apathisch, angstig of machteloos woedend. Aandacht geven aan scenario drie is het lastigst, omdat er nog maar weinig in deze tijd is wat daarop wijst. Maar wat in elk geval niet helpt, is de beide andere verhalen ontkennen, want dan belanden we in een soort ongegronde ‘airy-fairy’ wereld.

In de komende blogs zal ik ingaan op wat we kunnen en moeten doen om scenario 3 meer werkelijkheidsgehalte te geven. Ten dele ben ik daar in de vorige blogs over geloof en hoop al op ingegaan, maar er valt nog meer over te zeggen. Wordt vervolgd. 

*) Voorbeelden hiervan: het idee dat economische groei nog mogelijk is, gecombineerd met een houtsnijdend klimaatbeleid, dat aangehangen wordt door alle politieke partijen met uitzondering van de Partij voor de Dieren. Of het idee dat we toe moeten naar allemaal een elektrische auto, en gasloze huishoudens en dat we dan alle benodigde elektriciteit tijdig duurzaam kunnen opwekken . Quod non. 


Vitaliteit

Geloof, hoop en liefde worden vaak in één adem genoemd, maar er is een essentieel verschil tussen hoop en geloof enerzijds en liefde anderzijds.Hoop en geloof zijn gedachteconstructies, en beïnvloeden in positieve zin je stemming en je gevoelens van welbevinden. Liefde is, zoals ik vorige week al zei, een uiting van de levenskracht zelf.

Deze levenskracht kan zich op vele manieren uiten. Fysieke levenskracht manifesteert zich als behoefte aan eten, drinken, sex, voortplanting, beweging, slaap, en bovenal als de drang tot ademhaling. Geestelijke levenskracht kan zich uiten als: verlangen (naar intimiteit of schoonheid), woede, levensvreugde, creativiteit, angst (met name voor de dood – allerlei andere angsten zijn daarvan als regel afgeleiden), moed, (diep) verdriet en liefde; alsook in allerlei combinaties daarvan.

Persoonlijk geloof ik niet in een doodsdrift als uiting van de levenskracht – zoals die door Freud werd gesteld. Al kan ik me in zekere omstandigheden en aan het eind van je leven een verlangen naar de dood wel voorstellen.

Als sommige uitingen van de levenskracht in jouw leven permanent ontbreken of uiterst zwak zijn, dan leef je niet in balans en tevredenheid. Je leeft dan niet ten volle en je leven heeft dan niet de rijkdom die het zou kunnen hebben. Waarschijnlijk vervul je dan ook niet je levensopdracht. Als het blijft bij het ontbreken van één enkele vorm valt het nog wel te compenseren. Anders leidt het tot gevoelens van ontevredenheid en tekort, en soms zelfs ziekte. Ik denk dat dit bij de lezers van dit blog weinig voorkomt, maar je kan het vaak wel zien in je omgeving. Je kan zulke mensen ondersteunen door hen middels vragen of een milde observatie hiervan bewust te maken. Soms als een antwoord op hun onlust of ontevredenheid. Voorbeeld: “Ik heb jou nog nooit eens kwaad gezien? Ben je echt nooit boos?” Uiteraard kan dit alleen maar als je met de betrokkenen een goede relatie hebt. In dat geval kan het zijn dat jouw vraag of observatie bij de ander iets in beweging brengt. En daarmee draag je zelf weer een steentje bij tot wat de wereld nodig heeft: de levenskracht van ons allemaal.

 

 

Zonder hoop vaart niemand wel.

Geloof, hoop en liefde – zonder deze drie is het leven leeg en zinloos. Vorige keer heb ik het over geloof gehad, nu wil ik het hebben over hoop.

Hoop hebben we, net als geloof, nodig om de werkelijkheid zonder omwegen in de ogen te zien en te bijven kijken, zonder te vervallen tot moedeloosheid of erger. Zoals ik al eerder zei: er is veel schoonheid in de wereld (daarover meer in het volgende blog), maar de koers die wij als mensheid hebben ingezet, en die vooralsnog niet wezenlijk lijkt te worden gewijzigd, stemt niet hoopvol. De ondergang van ons totale Gaia ecosysteem is niet ondenkbaar. Dus hoe kunnen we hoop ontwikkelen tegen de klippen op?

In mijn vorige blog zei ik al dat we hoop kunnen ontlenen aan ons geloof in een bovennatuurlijke, grotendeels onzichtbare  wereld. We staan er niet alleen voor – we hebben subtiele maar krachtige bondgenoten die net als wij belang hebben bij het voorbestaan van de mensheid.

Een tweede bron van hoop is gelegen in onszelf. Havel zei het al in een aan hem toegeschreven uitspraak: ‘Hoop is een kwaliteit van de ziel en hangt niet af van wat er in de wereld gebeurt . . . Hoop is ergens voor werken omdat het goed is, Niet alleen omdat het kans van slagen heeft. Hoop is niet hetzelfde als optimisme; evenmin de overtuiging dat iets goed zal aflopen. Wel de zekerheid dat iets zinvol is onafgezien van de afloop, het resultaat.’ We kunnen dus onze hoop versterken door te doen wat ons hart en onze hand te doen vinden.

Een derde bron van hoop is te vinden in ons verstand. We weten dat we de toekomst niet kunnen kennen. We kunnen scenario’s maken die waarschijnlijke ontwikkelingen beschrijven, maar die kunnen nooit rekening houden met volstrekt onvoorziene gebeurtenissen. Die gebeurtenissen kunnen heel onwaarschijnlijk lijken, maar we kunnen nooit met zekerheid voorspellen dat ze niet plaats vinden. Ik noem als voorbeelden: een sprong in het bewustzijn van de overgrote meerderheid van de mensheid, een invasie van buitenaardse wezens (non-materieel, zodat ze niet aan de beperkingen van de tijd onderhevig  zijn), of in het algemeen: gebeurtenissen of ontwikkelingen die we ons niet kunnen voorstellen omdat ze in niets met onze ervaringen te vergelijken zijn. Zoals mijn vader zei: het is niet realistisch niet te hopen.

Een andere lijn van denken ligt in de systeemtheorie. We weten dat als een systeem uit de bocht vliegt, zoals met ons Gaia-ecosyteem dreigt te gebeuren, er twee mogelijkheden (scenario’s ) zijn. Of het systeem valt in elkaar, of het maakt een sprong naar een ‘hoger’ niveau van integratie. Dat zou ook met onze ecologie kunnen gebeuren. We moeten er maar het beste van hopen.

 

 

De onzichtbare werelden.

Zoals beloofd zal ik in dit blog iets vertellen naar aanleiding van de conferentie in Findhorn die ik vorige week online heb bijgewoond (Co-creativity; shaping our future with the unseen worlds). Maar eerst twee opmerkingen vooraf.

Ik had het in mijn vorige blog over ‘de genezing van onze wereld’. Maar er is natuurlijk geen sprake van, dat onze fysieke wereld zich binnen afzienbare tijd zal herstellen van de schade die de mens al  heeft toegebracht en doorgaat toe te brengen aan de ecosystemen van de wereld. De fysieke aarde zal alles wel overleven, zoals ze ook eerdere extincties heeft overleefd. Met ‘genezing’ bedoelde ik meer de genezing van onze samenleving. Ik heb niet de illusie dat we zullen ontwikkelen naar een wereld van uitsluitend harmonie en geweldloosheid, maar het zou kunnen dat we, als reactie op de klimaatramp, niet ten onder gaan aan oorlog maar in plaats daarvan de problemen in collectieve samenwerking te lijf gaan, mede met behulp van de technologische revolutie. Dat zou al heel wat zijn. Om dat te bereiken is een geheel nieuw niveau van collectief bewustzijn nodig. Dat is voor mij de operationele definitie van genezing.

Een tweede punt. Als u zich alleen in een kamer bevindt bent u natuurlijk niet alleen. U bevindt zich in het gezelschap van miljoenen microben en virussen. En ook op andere manieren is de ruimte vol. Er zijn talloze electromagnetische velden, kunstmatige zoals die van uw Wifi (en die van de buren!), talloze audio-en videogolven (die interessante informatie bevatten), uitstraling van elektrische apparaten, en natuurlijke velden, zoals het magnetische veld van de aarde, deeltjes die uit de kosmos op ons afkomen, en uw eigen electro-magnetische veld. Waarschijnlijk vergeet ik nog het een en ander.

Niets van dit alles kunt u onmiddellijk waarnemen. In toenemende mate heeft de mensheid apparatuur ontwikkeld om deze onzichtbare aanwezigheid wel waar te nemen (vaak indirect), maar er is nog steeds veel dat we niet kunnen zien, horen, ruiken of voelen, zelf niet via apparatuur. Zwarte materie bijvoorbeeld.

Daarom is het niet vreemd om te veronderstellen dat er nog een onzichtbare wereld is, die we (vooralsnog) ook niet kunnen zien of horen. Denk aan engelen, demonen (goed- en kwaadaardig), djinns, deva’s, ‘nature spirits’, en, volgens sommige tradities, overledenen. Als die wereld inderdaad bestaat, dan is uw kamer , waarin u zogenaamd alleen aanwezig bent, nog veel voller dan u al dacht, want er is geen enkele reden om aan te nemen dat er niet een aantal van deze zogenaamde  ‘subtiele wezens’ door heen zweven.

De vraag is natuurlijk hoe we kunnen onderzoeken of deze wereld überhaupt bestaat en hoe we daar dan mee in contact kunnen komen. En nog verder: hoe we er mee kunnen samenwerken. Daarover volgende week meer. Dan hoop ik ook iets meer te vertellen over de Findhorn conferentie.