Categoriearchief: Politiek

The inequality chasm – the road to violence.

The chasm between haves and have nots, between rich and poor, is becoming deeper and wider. Especially in de United States, but as usual, Europe is following at some distance. Some interesting books by Joseph Stiglitz, Timothy Noah, George Packer address this problem. In the US this means the end of the American Dream: the perspective on a better life. Also in Europe the hope amongst the lower and lower middle class for a better future is vaporizing.*)

What are the consequences of this process? First on an individual level in the middle and lower class: a belief of having no prospect of  success, a sense of failure, low self-esteem, a latent anger or even rage, apathy. And in higher classes: vague, often suppressed feelings of uneasiness and guilt. Secondly on the collective level: the rise of extremist and populist movements, social instability, maybe even violence, and, interestingly, economic damage. So far for the neo-liberal ideology and practice.

The solution lies not in a direct government intervention in income. What we need is a complete different economy, such as the one that I described in my book: Voor niets gaat de zon op – blauwdruk voor een nieuwe wereld (unfortunately in Dutch only). I there called it a considerate, caring economy. It means a letting go of the of the neo-liberal ideology. Such a caring economy had four characteristics. First it is a common economy. This implies that many common goods, such as soil, air, nature, resources, water, shouldn’t be privately owned or exploited. Secondly this economy is a fair economy. This implies a complete reorganization of the banking system, a different tax system, a law against economic discrimination of women and minorities, and powerful legal and administrative supervision. Thirdly this economy is a sober economy. This implies less material consumption, and a tax system that takes the real production and transportation costs into account (including the cost for the environment). And last but not least this economy is a sustainable economy. It is circular, in the sense that ALL (raw) materials are re-used, and that the energy we use is only coming from  sustainable sources (non-fuel).

Do you find such an economy attractive? Then you have to take responsibility for that. From the deprived ones improvement shall not come. It all depends on you. So, be aware, develop compassion, keep looking, inform yourself and gain insight,  speak, act , vote. Then maybe, maybe, you can help to prevent a world that will collapse into violence.

 

*) Source: NRC/Handelsblad, 16/8/2013 (Marc Chavannes)

 

(I apologize for mistakes in my English. Blogs are cursory – not stuff for correction by a native speaker)

 

 

Jeroen, let op u saeck!

Er gaan steeds meer stemmen op om de ABN-Amro bank zo spoedig mogelijk weer te privatiseren. Dat zal ongeveer 12 miljard euro opleveren, waarmee de staat een verlies heeft geleden van € 20 miljard. Bovendien zal daarbij een inkomensbron wegvallen, want de bank maakt weer een bescheiden winst.

De druk om nu snel te privatiseren is echter enorm, vooral vanuit de bank zelf. In een artikel in NRC weekend van 18 augustus wordt duidelijk waarom. Ik citeer: “Afscheid van de staat kan hen (bronnen binnen de bank)  niet snel genoeg komen. Het geeft ze hun vrijheid en eergevoel terug”. (Eergevoel?!? Welk eergevoel hebben ze overgehouden aan het fiasco van de bank, toen die nog particulier was, vraag je je af). Ze willen weer stunten met prijzen (als overheidsbank mag de bank dat niet). “We pitchen overal mee, maar we worden niet uitgekozen als we niet flink willen meelopen in het risico” (wat de bank als staatseigendom niet mag). De directeur communicatie kwalificeert de verlangens van de bankiers als heimwee naar het verleden. En inderdaad, uit het genoemde artikel komt de oude mentaliteit: grote deals sluiten, grote risico’s nemen, meespelen met de grote jongens, glorie en glamour, weer helemaal naar voren.

Toch is ook van buitenaf de druk om de bank nu snel te privatiseren, met name onder politici groot. Waarom in godsnaam? Waarom niet eens een paar jaartjes wachten, om te kijken of je er alsdan, als de economie wat meer tot rust is gekomen,  wat meer voor kunt krijgen? Als ik een politicus was, zou ik veeleer pleiten voor het omvormen van de bank tot de aloude Rijkspostspaarbank. Maar misschien zou dat beter kunnen gebeuren met SNS. We hebben dan nog altijd een groot aantal, particuliere banken over, maar in elk geval zouden we dan een betrouwbare plek hebben om ons geld te stallen. Maar dat gaat natuurlijk helemaal in tegen de vrije markt ideologie. Zoals ook elders blijkt: we hebben weinig of niets geleerd van de kredietcrisis, de neo-liberale ideologie is nog even sterk als voor de crisis.

Als ik een rekening zou hebben bij ABNB-Amro, quod non, dan zou ik hem onmiddellijk opzeggen als de bank geprivatiseerd zou worden. Jeroen, let op u saeck! 1)

 

1) O Nederland, let op u saeck, Valerius, Neder-landtsche gedenck-clanck, Haerlem 1626, bl. 90

 

 

De zegeningen van onze regering.

Mensen die mij kennen weten dat ik niet zo gecharmeerd ben van onze regering. Ik deel die mening met alle Nederlanders op 20 personen na. Die zijn misschien wat minder negatief dan de rest, want zij zijn de regering.

Maar vandaag wi ik het eens voor onze regering opnemen. Hier volgen mijn argumenten:

1. Zij zijn niet corrupt, althans (veel) minder dan de regeringen in andere landen, op een paar landen in Noord-West Europa na.

2. Zij doen niet aan cliëntelisme, althans veel minder dan de regeringen in de meeste andere landen.

3. Zij kiezen niet eenzijdig partij voor een deel van de bevolking, althans veel minder dan de regeringen in bijna alle andere landen.

4. Zij hebben hun nek uitgestoken om een vrijwel onmogelijke taak te vervullen: een herstructurering in de economie, en tegelijkertijd het begrotingstekort omlaag brengen. Die taak is vrijwel onmogelijk, omdat wisselende meerderheden in dit land tegen ELK voorstel zijn dat een wezenlijke verbetering inhoudt. Dat geldt zowel voor maatschappelijke organisaties als in het parlement. Deze meerderheden hebben bovendien geen werkbaar tegenvoorstel, want daarover zijn ze onderling weer zeer verdeeld.

5. Zij zijn bereid weerstanden in hun eigen partijen te trotseren.

6.  Zij voeren een gematigd buitenlands beleid.

7. Zij varen slechts beperkt mee op de golven van het populisme, en zijn niet racistisch.

8. De meeste leden van deze regering gaat het niet uitsluitend om macht, maar ook om een missie. Vele ministers en staatssecretarissen hadden een veelvoud van hun huidige salaris kunnen verdienen in het bedrijfsleven. Het merendeel van deze regering bestaat uit fatsoenlijke mensen, die soms nog aardig zijn ook. De ego’s van een aantal ministers en staatssecretarissen zijn bij lange na niet zo groot als die van veel van hun tegenstanders.

9. Het kabinet telt 8 vrouwen (40 %) onder wie 5 ministers (ook bijna 40 %).

10. Zij worden ten onrechte aangesproken op de puinhopen van het tweede kabinet Kok en de daarop volgende vier kabinetten Balkenende, met name op het gebied van de hypotheekrenteaftrek en de pensioenen; de primaire oorzaken van de achterblijvende economische groei in Nederland (wat op zichzelf trouwens een zegen is, maar daarover  een andere keer).

Kortom, ik vind dat we ons gelukkig mogen prijzen met een dergelijke regering. Natuurlijk heb ik ook wezenlijke kritiekpunten (waarover ook een andere keer), maar het had zoveel erger kunnen zijn. We krijgen, zoals elk land, natuurlijk ook de regering die we verdienen Ik tel mijn zegeningen, en daar hoort bij dat ik woon in een land dat ordelijk bestuurd wordt. We onderschatten wel eens hoe bijzonder dat is en hoeveel plezier we daarvan hebben. Als we onze kritiek op de regering eens zouden funderen op een basis van waardering en respect, dan zou dat zeer kunnen bijdragen tot goede verhoudingen in de samenleving. We zijn natuurlijk fantastische stuurlui aan de wal, maar zolang we niet in staat zijn op de wal te varen past ons bescheidenheid. Hear, hear, gesproken door iemand die daar nou niet bepaald in uitblinkt! Ik zou trouwens ook niet weten hoe je in bescheidenheid kan uitblinken – het lijkt me een contradictie in terminis (zoals door Dickens is aangetoond middels zijn onsterfelijke figuur Uriah Heep in David Copperfield).

 

 

From temper tantrum to maturity.

Since the foundation in 1948 of the State of Israel, no-one, no country or organization, sanctioned Israel for the things it did. It disregarded several UN resolutions, it violated international law repeatedly, but the only responses from  the outside world (apart form the Palestinians) were some paternal reprimands, with no further consequences. That reminds me of parents who, after their children do something that is not acceptable (such as, for example, throwing food, or beating other children), rebuke their children, after which nothing happens (the behavior continues). Then of course the net result is that those children in the end cannot accept any boundaries. They in a way get stuck in an age of three, when autonomy is developing and boundaries should be set.

Now something remarkable happened. The European Union decided that Israel is not allowed anymore to import goods from the occupied territories with the label Made in Israel. The label should make it clear that the goods are coming from the Westbank or Gaza. Also the special favorable income tariffs for Israelian goods will not be applied anymore to goods of Westbank or Gaza origin.

This caused a temper tantrum in Israel. Everyone (apart from some Peace groups) was very upset, angry, annoyed, indignant, irate, enraged, livid, vexed, displeased – you name it. Israel reacted as a three year old child that was never confronted with any real limits. My personal conclusion from this is that the psychological age of the state of Israel is three years.

This made me wonder. What for example is the psychological age of the United States of America? It feels as: in the midst of the teens. Dynamic, impatient, optimistic about the future, an exploring mind, exuberant, arrogant, assertive. No sense for postponing satisfaction – if I want something, I want it now.

What is the age of Europe? On the one hand we are old. Conservative, wise, rigid, haughty, skeptical, careful, spiritual, compassionate. But on the other hand the younger generation, at least the native whites, are influenced a lot by the american way of life. They are young, critical, individualistic, and they don’t easily give up. So in the end Europe is a schizy continent, at least for the time being. I think it is  difficult to be a mature, flexible, open minded person in Europe. Mindfulness is a heavy assignment in both continents. This is probably why our leadership fails.

It would be interesting to estimate the ages of, say, China, India, Russia, Brasil. I personally don’t know enough of those countries to say something intelligent about it. But it would be useful knowledge if one wants to estimate the processes and outcomes of negotiations and cooperation. Real cooperation is only possible between parties that are both mature and grown up. How important that is shows the Israelian case. Anyone who wants to promote Peace negotiations between Israel and the Palestines, should know that no result can be accomplished unless the Israelians learn that boundaries exist. They will not learn that the soft way, by words alone. Only sanctions can make that clear. It doesn’t seem to me that the American government (Kerry, Obama) is seeing this.

And what should the Palestinians learn? As a result of ages of repressions they appear to me as primary school kids, who see only two possible reactions in life: submission or rebellion. They have to rediscover their own strength. If they don’t negotiations with Israelians will fail. The facilitators of the negotiations should know that as well.

 

(I apologize for mistakes in my English. Blogs are cursory – not stuff for correction by a native speaker)

Absurdistan.

Jongstleden zaterdag begon voor heel Noordelijk Nederland en Amsterdam de (school)vakantie. Dat levert traditioneel een vakantie-uitocht op, onder andere via Schiphol. Dus besloten Rijkswaterstaat en Prorail die dag werkzaamheden gelijktijdig uit te voeren zodanig dat Schiphol per trein niet en via de weg zeer moeilijk bereikbaar zou zijn. Dat laatste heb ik zelf ervaren – ik moest weliswaar niet naar Schiphol maar naar Wassenaar, maar kon dat alleen maar bereiken via een sluiproute langs Aalsmeer. Ik had maar een uur vertraging. Maar ik had medelijden met al die luchtreizigers, die in de rats zaten om hun vliegtuig te halen. Hoeveel mensen hun vlucht daadwerkelijk gemist hebben is me niet bekend.

Begrijp u het woordje ‘dus’ waarmee de derde zin van dit stukje begint? Dan bent u waarschijnlijk ook goed in het oplossen van cryptogrammen. Hoe dit zij – ik begrijp dat woordje niet. Wel begreep ik dat de betrokkenen van Rijkswaterstaat en Prorail hierover tevoren hebben vergaderd, dus hebben ze het maar zo geregeld. ???? Ja. Ik merk dat mijn stijl een beetje op die van Youp van het Hek begint te lijken.

Weet u wat een DOT is? Nee? Dan bent u wel erg slecht op de hoogte. Een DOT is een DBC op weg naar Transparantie. Weet u nou nog niet wat een DOT is? O, u weet het wel. Goed in het oplossen van cryptogrammen en het oplossen van geheimcodes waarschijnlijk.

O, u weet niet wat een DBC is? Dan bent u wel erg slecht op de hoogte. Een DBC is een Diagnose-behandel-combinatie. Er zijn 33.000 DBC’s (die gecombineerd zijn tot 4000 DOT’s). DBC’s schrijven voor welke behandelingen vergoed worden bij een bepaalde diagnose. Dat was om de kosten in de gezondheidszorg te drukken. Het tegendeel is natuurlijk gebeurd, omdat nu de diagnoses aangepast werden aan de behandelings mogelijkheden. Dat doen artsen en ziekenhuizen soms vanwege heel nobele motieven (zo kun je je weer enige medische handelingsvrijheid verwerven), maar soms ook gewoon om zich te verrijken.  (Herinnert u zich nog de tijd, dat de behandelingen uit de diagnose s voortvloeiden. Niet? Dan bent u wel erg kort van memorie of bijzonder jong). Men noemt dat fraude. De afgelopen drie jaar is er voor 18 miljoen aan fraude opgespoord in de gezondheidszorg – dat is waarschijnlijk het topje van de ijsberg. Voor zorgverzekeraars loont het namelijk niet om fraude op te sporen – de kosten zijn hoger dan de baten; dat zit in het huidige systeem ingebakken

Om dit alles tegen te gaan zijn (tijdelijk) de DOTS ingevoerd. Bij een bepaalde diagnose hoort nu een standaard vergoeding, ongeacht de behandelingen die de arts/het ziekenhuis verricht. Die vergoeding is vastgesteld als volgt: standaardbehandelingen die (vrijwel) altijd nodig zijn, worden voor 100 % in de vergoeding meegerekend; voor wat betreft de overige behandelingen die een arts noodzakelijk vindt wordt een percentage vergoed op basis van wat de gemiddelde praktijk is.

Dat zou er natuurlijk toe kunnen leiden dat ziekenhuizen zo weinig mogelijk behandelingen verrichten, want dan maken ze meer winst en komen ze uit de financiële problemen. Maar in de praktijk blijkt het omgekeerde. Beplaalde behandelingen die een arts gewenst vindt, maar niet overal altijd worden toegepast worden maar gedeeltelijk vergoed. Resultaat: winst voor de zorgverzekeraar en verlies bij het Ziekenhuis.

Tja, al deze zaken waren natuurlijk van te voren te bedenken. Zo moeilijk is dat niet, en bovendien kunnnen alle organisatie-adviseurs en organisatie-handboeken je dit vertellen. Dus is er waarschijnlijk lang over vergaderd.

Dit zijn maar twee voorbeelden van vergaande incompetentie van politici en met name ambtenaren. Ik zou er moeiteloos veel meer kunnen noemen. Ik begrijp niet waar die incompetentie vandaan komt, omdat als je ze afzonderlijk spreekt het aardige en intelligente mensen zijn. Maar misschien ben ik zo langzamerhand te oud om deze wereld te begrijpen.

Wat ik wel begrijp is dat problemen van kosten beheersing niet zijn op te lossen door controle, maar uitsluitend door mentaliteitsverandering. Daarover spreek en schrijf ik al veertig jaar, omdat dit al veertig jaar bekend is. Maar dat is de moeizame weg met weliswaar duurzaam effect, maar weinig resultaten op korte termijn. Dus controleren we meer en bouwen we meer systemen, die we vervolgens niet meer in de hand hebben. In tegendeel: die systemen regeren ons. In wat voor land leef ik eigenlijk? Absurdistan.

 

 

 

De staart van de muis of hoe naïef kan je zijn.

Op 1 mei schreef ik over de arrestaties van twee republikeins gezinde demonstranten op de Dam, een half uur voor de balkonscene. Ik zei toen dat ik het niet vertrouwde, en dacht aan een vooropgezet plan om dat te doen, hetgeen door de burgemeester in alle toonaarden ontkend werd. Daarbij ging ik uit van twee mogelijkheden: of de burgemeester wist ervan, of niet, en dan zou het door de politie of justitie zijn bedacht en uitgevoerd. Sindsdien heb ik  meer informatie. In de eerste plaats het gesprek van burgemeester Van der Laan op 1 mei, bij Pauw en Witteman, waarin hij op welsprekende wijze zijn onschuld betuigde. Inhoudelijk deugt er van dat gesprek heel weinig, zoalsNRC/Handelsblad de volgende dag in een redactioneel commentaar aantoonde. Wat kan die man toneelspelen –  ik was er bijna ingevlogen. Hij is zijn roeping – als toneelspeler – misgelopen.

Daarna kreeg ik ook nog enige informatie uit de wandelgangen, en daaruit trok ik de conclusie dat ik de meest waarschijnlijke  mogelijkheid over het hoofd had gezien, namelijk dat de arrestatie bedacht en geïnstrueerd is door de AIVD , al dan niet in samenspraak met de Rijksvoorlichtingsdienst, de RVD, en al dan niet op instigatie (lees: instructie) van het koningshuis. Dat ik daar niet eerder aan gedacht heb! Na 50 jaar politiek en nieuws gevolgd te hebben, en na de memoires van Roel van Duin gelezen te hebben: hoe naïef kan je zijn!

Mocht ik bij het rechte eind hebben, dan zullen we de ware toedracht waarschijnlijk nooit te weten komen, althans niet de eerste dertig jaar. Zelfs de minister president, de minister van binnenlandse zaken en de burgemeester kunnen dan alleen maar wat vermoeden. Want welke ondergeschikte rapporteert geheime operaties aan zijn superieuren, met name als ze achteraf averechts hebben gewerkt? Dat doet toch niemand? Alleen als er later een biografie verschijnt van een van de betrokkenen, zullen we er achter komen, of er zouden een paar zeer scherpe maar wel integere onderzoeksjournalisten achteraan moeten gaan.

Op het gebied van veiligheid en openbare orde is noch het parlement, noch de ministerraad het hoogste gezag in de staat. Ook de koning is dat niet. Het hoogste gezag berust bij sommige ambtenaren, zoals Crince le Roy in 1969 al zei (inaugurale rede).

Inderdaad: hoe naïef kan je zijn!

The party is over.

Ik heb een leuke koninginne/koningsdag gehad. Terwijl mijn vouw Anne voor de buis de abdicatie bekeek was ik bij mijn kleinkinderen op de vrijmarkt in de Watergraafsmeer, en heb ze uiterst onverantwoord voor € 2 per persoon zakken snoep laten kopen (daar kozen ze voor – een buurjongetje prefereerde echter voor die prijs een revolver). Later heb ik de inhuldiging gezien, en uiteraard een herhaling van de abdicatie, en ’s avonds bevonden we ons bij het concert op de Kop van het Javaeiland (de bewoners van het Javaeiland konden gratis kaartjes krijgen – en dan ben ik er als goede Nederlander snel bij). Nog nooit heb ik een populaire dj (Armin van Buren) zo soepel zien werken met een van de beste orkesten ter wereld, en zelden heb ik zo grappig verschillende deelculturen van onze samenleving zo dicht bij elkaar zien komen. Ik vond het wel wat. Al met al was het een mooie dag, waarop veel Nederlanders zich ieder op eigen wijze geamuseerd hebben. We doken even onder in het sprookje, en leefden een dag lang en gelukkig.

Ik ben geen republikein, en ook niet echt oranjefan. Ik vind het wel goed zoals het is. Ik hoop dat de rol van de koning  steeds minder belangrijk wordt. Niet omdat ik een voorstander ben van een louter ceremonieel koningschap (integendeel), maar omdat ik hoop dat Europa een steeds belangrijker plaats gaat innemen ten koste van de natiestaat. Ik ben wel blij dat we intussen niet met presidentsverkiezingen te maken krijgen, met alle politieke spelletjes van dien. Het ziet er naar uit dat Willem-Alexander zeker niet onder zal doen voor de betere presidenten, en ik heb geen enkele reden om aan te nemen dat dit t.z.t.bij Amalia of een van haar zussen anders zal zijn (hoewel. . . je weet nooit wie ze aan de haak slaan. . . ). Ik vind het overigens wel jammer dat Koning W-A met geen woord repte over Europa en de rest van de wereld bij de aanvaarding van zijn ambt. Maar misschien paste dat niet zo bij deze gelegenheid.

Tevreden dus over het koningsschap, en de dag van gisteren? Toch niet helemaal – ik zou mezelf niet zijn als ik niet wat aan te merken had.

In de eerste plaats voel ik me niet goed over de inkomenspositie van de leden van het Koninklijk Huis. Inkomens van € 825.000 (W-A), € 327.000 (Koningin Maxima) en € 466.000 (Prinses Beatrix) belastingvrij zijn niet meer van deze tijd. Let wel, daarvan hoeven ze niet hun huisvestings- bedrijfs- en personeelskosten te betalen, want die worden betaald uit andere budgetten. De koning heeft dus zijn eerste smetje al opgelopen, toen hij zei dat een salarisverlaging zou betekenen dat hij personeel zou moeten ontslaan. Welk personeel is dat dan, zo vraag ik me af. Men moet bij dit alles bedenken dat het Koninklijk Huis ook nog een vermogen heeft, dat onbekend is, maar waarschijnlijk ergens ligt tussen de 400 en 900 miljoen. (Er worden ook veel hogere bedragen genoemd). Ter vergelijking: onze ministerpresident verdient minder dan twee ton (bruto!), evenals de president van Duitsland. De president van Italië verdient € 230.000. Ik sluit me voorshands aan bij de heren Van Rossem en Hofland onlangs in NRC/Handelsblad: als het nieuwe koningspaar zijn gezag wil ontlenen aan een blijvende populariteit, dan zullen ze toch minstens een zeer forse salarisverlaging moeten voorstellen dan wel werkelijk open moeten zijn over hun onkosten en vermogenspositie.

Een tweede smet (niet op het koningshuis) was gisteren de arrestatie van Joanna van der Hoek, een republikeins  demonstrante, tegen de uitdrukkelijke instructie van de burgemeester in. Het wil er bij mij niet in dat dit een foutje was van de politiemensen ter plekke (die merendeels ook nog in verbinding stonden met hun superieuren). De instructie was volstrekt duidelijk. Ik ben geneigd de lezing van Joanna (en advocaat Tomlow uit Utrecht) te volgen, dat dit een vooropgezette strategie was van de autoriteiten – dan was ze tenminste even van de Dam verwijderd. Dan zijn er twee mogelijkheden: Van der Laan wist ervan, of hij wist daar niet van. In het eerste geval zou hij onmiddellijk moeten aftreden (hoe kundig en sympathiek ik hem overigens ook vind), en in het tweede geval heeft hij zijn korps niet in de hand, en moet hij zijn gezag herstellen door de verantwoordelijke politiemensen op staande voet te ontslaan.

Men zou kunnen zeggen: is dit niet te veel ophef voor een schijnbaar zo onbelangrijk incident? Ik vind persoonlijk dat dit incident helemaal niet onbelangrijk is. Als je er over doordenkt zouden beide genoemde mogelijkheden in een rechtstaat niet mogen voorkomen. Excuses van de politie zijn dan volstrekt niet ter zake.

Ik hoop dat ik het mis heb, en dat het wel een stupiditeit ter plekke was. Ik sluit me aan bij advocaat Tomlow , die van mening  is dat de Amsterdamse gemeenteraad dit tot op de bodem moet uitzoeken, en die in die zin een brief aan de gemeenteraad heeft geschreven. Ik ben benieuwd naar de staart die deze muis zal hebben.

VVD: geen openbaar debat met Hans Achterhuis.

Gisteren was ik bij een lezing van Hans Achterhuis, en daar vernam ik tot mijn verbijstering dat er binnen de VVD een oekaze bestaat dat er niet in het openbaar met hem gediscussieerd mag worden. Dat geldt voor partijleden, functionarissen, en zelfs voor de leden van het wetenschappelijk bureau, de Teldersstichting. Argument: hij zou te negatief zijn. Overigens wel een beetje dom dat ik daar pas gisteren achter kwam; deze oekaze bestaat al jaren.

Wie Hans Achterhuis een beetje kent, en een aantal van zijn werken heeft gelezen, weet dat negatief wel het laatste etiket is dat je op hem kunt plakken. Kritisch, dat wel, maar geëngageerd en betrokken. Ik vermoed echter dat hier iets anders aan de hand is. Hans Achterhuis, zich wel bewust van de zegeningen van de markt, stelt ook de gevaren daarvan aan de kaak. Een markt heeft altijd de gevaren in zich van roof. Daarom is er altijd een marktmeester nodig, en een democratische context. Van daaruit door redenerend bekritiseert hij de neo-liberale ideologie, die hij beschrijft als een utopie gebaseerd op het werk van Ayn Rand en Friedrich von Hayek. En ja, als je dogmatici of fundamentalisten aanvalt, dan weet je wat er gebeurt. Dan kun je de ziekte krijgen, of erger.

Uit het feit dat de VVD-ers – inclusief Bolkestein en Mark Rutte, die bij zijn Popper-lezing in 2011 een traditie doorbrak door niet in te gaan op zijn voorganger, Hans Achterhuis* – zo gebeten op Hans Achterhuis reageren kan dan ook maar tot één conclusie leiden: het zijn neo-liberale utopisten, althans in meerderheid. Anders gezegd: dogmatici, fundamentalisten. Dat geldt voor veel aanhangers van het neo-liberlale gedachtengoed. En dat is precies waarom het zo gevaarlijk is en kan leiden tot een destructieve politiek met rampzalige consequenties. Zoals we al ervaren, en in de toekomst nog meer zullen ervaren. Gelukkig dat er toch ook nog vrije geesten zijn. 1984 is er niet gekomen, en zal er ook niet komen. Dat geeft de burger moed.

 

* Zie voor een meer uitgebreide achtergrondbeschrijving: https://www.trouw.nl/tr/nl/5535/Denker-des-Vaderlands/article/detail/2945401/2011/10/03/Mark-Rutte-durf-te-denken.dhtml

Leve de columnisten

Ik lees graag columnisten, met name diegenen die echt goed zijn. Wat vind ik een goede columnist? Iemand die op onderhoudende, soms humoristische wijze iets wezenlijks te vertellen heeft. Hij/zij reikt een inzicht aan waar ik even niet aan gedacht had, of feiten die ik en anderen doorgaans over het hoofd zien.

Top of the bill is voor mij Maarten Schinkel. Neem nu een van zijn laatste columns. Hij vergelijkt halfgelukte privatiseringen met een kast die bij een verhuizing blijft steken in het trapgat. Hij kan niet meer vooruit, maar helaas ook niet meer terug. “Er zitten heel wat kasten in Nederland”. En na een aantal voorbeelden: “Woon, zorg, bank, stroom, trein, bel en verwonder.”  Heerlijk. Zijn slotconclusie: “Wat te doen? Ga voor elke sector na of er sprake is van te veel of te weinig deregulering. Kan er een markt? Dan komt er een markt, maar dan ook ècht. Kan het niet? Dan niet. We moeten voor- of achteruit. Ook al betekent het dat we van sommige kasten een poot moeten afzagen.” Wat hij overigens vergeet is dat we daar helemaal niet vrij in zijn. Europa heeft een grote vinger in de pap. Maar toch, een heel goede column.

Een andere columnist die mij bevalt is Marike Stellinga. Vrolijk confronterend. Afgelopen zaterdag bijvoorbeeld. ‘In Europa stellen we alle hervormingen even uit tot het weer beter gaat. Er is maar één klein probleempje: wanner zou het weer beter gaan?” Tja, niet zolang die hervormingen niet hebben plaats gehad natuurlijk.

In een andere column, 21 januari, laat ze de nadelen zien van het poldermodel. Geen enkele regering wil natuurlijk stakingen of een Malieveld dat steeds maar weer volstroomt. Maar een sociaal contract? Marike: “De termijn van FNV-voorman Ton Heerts loopt af op 30 april. De FNV-leden kiezen in mei per referendum de eerste voorzitter van de nieuwe FNV. Wie daar de meeste stemmen voor levert? De opstandige bonden Abvakabo en Bondgenoten. Slaat Heerts te enthousiast aan het polderen, dan wordt hij direct teruggefloten. Zo bezien is Heerts de komende maanden the man to please. Doodeng, die polder.” Ik mag dit soort duidelijkheid wel.

Ten slotte: Joris Luyendijk, die in zijn columns een prachtig stuk onderzoeksjournalistiek laat zien over hoe het toegaat in de financiële wereld van de Londense City. Dat stemt overigens niet vrolijk, en laat zien dat er sinds het begin van de financiële crisis niets is veranderd. Maar de columns zijn prachtig.

Alle bovengenoemde columnisten schrijven in NRC/Handelsblad. Maar ook Trouw en De Groene Amsterdammer hebben prachtige schrijvers. Om er een paar te noemen: Hofland ( die is nu 85; als je op deze leeftijd nog zo kan schrijven – jaloersmakend), Keizer, Goslinga. Daarover misschien later nog eens.

Het is goud wat er blinkt. . . of ivoor.

Wat is het toch dat goud zijn magische waarde verleent? Natuurlijk, het blinkt mooi, en het is edel metaal, wat inhoudt dat het corrosiebestendig is, en het is ook een waardevolle grondstof in legeringen met andere metalen, en daardoor vrijwel onontbeerlijk in vele industriële toepassingen. Maar dat is niet voldoende om de steeds maar weer oplaaiende goudkoorts te verklaren, die leidt tot speculatie, prijsopdrijving, geweld, verwoesting van het milieu en een economische waarde die regelmatig ver uitstijgt boven de intrinsieke waarde.

Bij voorbeeld: In zestien Zuid-Amerikaanse landen is een verwoede strijd gaande tussen actiegroepen en mijnmaatschappijen, vaak van Chinese herkomst, die met hun niets ontziende mijnbouw het milieu verwoesten en de watervoorziening in gevaar brengen. En dan hebben we het nog niet over de arbeidsomstandigheden in de goudmijnen. Kennelijk is er nog niet zoveel veranderd sinds vijf eeuwen geleden de goudkoorts de voornaamste drijfveer voor de verovering van het Zuid-Amerikaanse continent was.

In de economie speelt goud de rol van vluchthaven op het moment dat het vertrouwen in andere economische waarden – geld, aandelen, obligaties, onroerend goed – daalt. Maar ook goud kan enorm in waarde fluctueren. Het geeft schijnzekerheid, en is ook onderhevig aan zeepbellen: het opblazen van waarden die niets meer met de onderliggende intrinsieke waarde te maken hebben, en derhalve zomaar in lucht kunnen opgaan. Bij de huidige onzekerheden in de economie is er weer zo’n zeepbel rondom goud gaande, al zal er altijd wel een zekere waarde van goud resteren.

Goud heeft al eeuwen mythische waarde. Het speelde die rol al in het oude Egypte, in China, en ook elders in de Oudheid. In de  alchemie is goud een noodzakelijk ingrediënt voor de bereiding van de steen der wijzen, het ultieme en in materiële zin onhaalbare doel van de alchemie. In de moderne tijd heeft die mythische waarde een materiële component gekregen.

Wat voor goud geldt, geldt in zekere mate ook voor ivoor. Met name in China is ivoor nog meer van waarde dan goud. “Met ivoor eren wij de goden en maken wij al duizenden jaren kunst en kunst is belangrijker dan geld” (Ivoormeester Li Bin Cheng).  Dat daarvoor de olifanten in de wereld uitgeroeid worden is vanuit dat gezichtspunt van geen belang. Van de ongeveer 300 miljoen olifanten in Afrika in de jaren 70 zijn er nu nog 600.000 over. Per jaar worden er 35.000 afgeslacht. Je kunt dus uitrekenen wanneer het afgelopen zal zijn met de olifanten in Afrika: ongeveer 15 jaar. Al moet gezegd worden dat in Zuid-Afrika een afschotverbod redelijk wordt gehandhaafd.

Ik blijf het wonderlijk vinden dat materiële zaken zulke mythische proporties krijgen. Zolang dat zo zal zijn, zullen er altijd handelaren en speculanten zijn die daarop inspelen. Het zal natuurijk niet gauw gebeuren dat de betrokkenen zich realiseren dat geestelijke groei en bewustwording juist niet afhankelijk kunnen en moeten zijn van materie. De hoop voor het beperken van de schadelijke effecten van de goud- en ivoorkoorts kan daar dus niet in zijn gelegen. Het zal moeten komen van overheidsmaatregelen die dan ook gehandhaafd worden.  In de metro van Beijing hangen posters van National Geographic van de olifanten die met uitroeiing bedreigd worden, en misschien zal dat invloed hebben op de nog kneedbare geesten van de jeugd. Maar de meer agressievere organisaties als Save the Elephant komen China niet in. Hier ligt weer een schone taak voor de internationale diplomatie, en dus voor de politiek en dus voor ons als burgers. Wij maken de politiek, toch?

 Voor deze blog ben ik schatplichtig aan De Groene Amsterdammer, (17 januari 2013), en NRC/Handelsblad, 9 februari 2013 (Oscar Garshagen)