Kaalslag.

Ik heb een zak geld nooit een goal zien maken (Johan Cruijff in antwoord op de vraag of Ajax een kans zou maken tegen veel rijkere clubs)

In de jaren 2009-2013 hebben de kabinetten Balkenende 3 en 4 en Rutte I en II een aantal stringente bezuinigingen doorgevoerd om het overheidstekort en de staatsschuld omlaag te brengen. Dat is uitstekend gelukt, maar het had wel een prijs. In de eerste plaats heeft het daardoor langer geduurd voor het economisch herstel intrad (hetgeen door vele economen voorspeld was, die dan ook pleitten voor minder drastische bezuinigingen, waardoor het herstel sneller zou inzetten en de staatsschuld dus ook omlaag zou gaan). In de tweede plaats functioneren nu een groot aantal overheidsdiensten of door de overheid gefinancierde diensten en activiteiten uiterst gebrekkig. Voorbeelden?

  • onderwijs (door bezuinigingen op de lerarenopleidingen is er nu schreeuwend tekort aan onderwijzers en leraren. Veel schoolgebouwen voldoen niet meer aan de eisen, enz., enz.)
  • zorg, verpleeghuizen en thuiszorg (idem; personeel is niet te krijgen)
  • defensie (idem)
  • politie en justitie (idem. De problemen zijn nog verergerd door de landelijke fusie van de politiediensten. Amsterdam verliest nu de strijd tegen drugscriminaliteit)
  • rechterlijke macht
  • kunsten
  • belastingdienst (zie o.a. de problemen bij de kinderopvangstoeslag; ook hier is er een tekort aan deskundig personeel, dat niet zo makkelijk is aan te vullen)
  • UWV
  • IND
  • ministerie van justitie
  • de bouw (geen overheidsdienst, maar door de bezuinigingen zijn er nu te weinig bouwvakkers)
  • onvoldoende investeringen in de energietransitie

enzovoort.

Zoals ook hier weer blijkt bestaat het overheidsbeleid voor een belangrijk deel uit illusies; in dit geval de illusie dat je stringente bezuinigingen kunt uitvoeren zonder dat de kwaliteit van de dienstverlening achteruitgaat. Dat heeft geleid tot grote onvrede bij de betrokken ambtenaren en medewerkers. Misschien komt het daardoor dat de problemen verergerd blijken doordat de bestuurders de uitvoering niet meer in de hand hebben. Met name bij de overheid gaan de gedemotiveerde ambtenaren gewoon hun eigen gang, ongeacht de instructies die ze van hogerhand krijgen opgelegd.

Maar de burgers hebben ook een aandeel in de oorzaken van deze toestand. Want als we een ding niet willen is dat een stukje van onze bestedingsruimte inleveren voor een beter algemeen welzijn. En politici hebben niet de moed hun kiezers op dit dilemma te wijzen.

Hoe is deze ramp – want zo kun je het zo langzamerhand wel noemen – te bestrijden? Niet uitsluitend door meer geld (in 2018 slaagde de overheid er niet in om 15 miljard, die wel beschikbaar was, te besteden), want daarmee zijn personeelstekorten niet direct op te lossen (nog afgezien van het stikstofprobleem). Hierop is één uitzondering: de loonkloof tussen de salarissen van de basisschoolleraren en de salarissen in het voortgezet onderwijs moet worden gedicht – voor het bestaan daarvan is geen enkele rechtvaardiging.

De bezuinigingen worden ook niet opgelost door weer een nieuw miljardenfonds in te stellen (er zijn al een kleine twintig overheidsfondsen). Hoe dan wel? Daarover een volgende keer.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *