Ik heb twee favoriete ijswinkels in de wereld: Garrone in Haarlem, en Berthillon in Parijs. Maar Berthillon ligt op Île St. Louis achter de nu gedeeltelijk verwoeste Notre Dame. Ik weet niet of ik nu nog zo veel zin heb om daar heen te gaan. Parijs is nu überhaupt een minder aantrekkelijke vakantiebestemming geworden. ik besef natuurlijk wel dat je na een paar dagen elders in Parijs weinig van de verwoesting zult merken. Place des Vosgues, Montmartre, zelfs het dichtbijgelegen Saint Germain zullen er bij liggen als vanouds. Ook de Eiffeltoren en de Arc de Triomph, het Louvre, en zo veel meer is nog aanwezig. Maar Île de la Cité ligt toch wel zo centraal dat het moeilijk zal worden de geruïneerde kerk te vermijden als je in Parijs bent.
Ik heb me afgevraagd waarom de brand en gedeeltelijke verwoesting mij en vele anderen zo veel doet – met name ook niet-Fransen. Je zou het kunnen vergelijken met een verwoestende brand in het Paleis op de Dam, of de rotskoepel in Jeruzalem. Maar toch – het is maar materie; het zijn maar stenen. Maar natuurijk niet zomaar stenen. Er is veel emotie in geïnvesteerd – in dit geval niet alleen door de gelovigen, maar ook door allen die er geschiedenis hebben geschreven en de miljoenen toeristen die hebben genoten van haar schoonheid, en vol bewondering tot zich hebben laten doordringen wat creativiteit, vakmanschap en vernuft vermag. En daarbij: het was natuurlijk een iconisch gebouw met een spirituele betekenis. Niet alleen de oude dame, maar mijn geliefde Parijs als geheel is gewond.
Het confronteert me met hoe gehecht ik nog ben aan deze wereld. Ik had later deze week willen schrijven over de dood – een geschikt thema voor de stille week, en misschien doe ik dat alsnog – maar schrijven over deze gebeurtenis ging even voor. We zijn niet alleen gehecht aan onze eigen bezittingen, maar kennelijk ook aan veel in de wereld om ons heen; niet alleen de natuur, maar ook de kunst en architectuur die door de groten onder ons is geschapen. Doodgaan is het ultieme afscheid daarvan (en van de geliefden om ons heen) – daarom is het ook zo pijnlijk. ‘Partir c’est mourir un peu’, maar omgekeerd is ‘mourir’ het absolute ‘partir’.
Ik denk dat daarom dat een verlies als dat van de Notre Dame – zij zal misschien weer worden opgebouwd, maar dat zal decennia in beslag nemen. Velen zullen het resultaat daarvan niet meer beleven, en intussen geconfronteerd worden met de ruïne – ons confronteert met het uiteindelijke verlies, dat we allemaal zullen meemaken. Het zou kunnen zijn dat het ons daarom zo diep beroert. In elk geval geldt dat voor mij.