Tag archieven: wonderen

Blij-moedig.

Mijn vorige blog eindigde ik met mijn voornemen om mijn 80e verjaardag aandachtig en in blijmoedigheid door te brengen. Dat kostte me weinig moeite, want ik had een symposium georganiseerd met als titel: Hoe blijmoedig te leven in een hachelijke wereld, en daarvoor sprekers uit te nodigen van wie ik wist dat ze een mooie voordacht konden houden. En dat deden ze. Bovendien was er een musicus die samen met de zaal ontroerende muziek tot klinken bracht.

Graag vat ik hieronder nog eens samen wat voor mij de belangrijkste conclusies waren van het symposium.

  1. Als we het over een hachelijke wereld hebben kan het gaan over moeilijkheden in ons persoonlijk leven, maar ook over de samenleving als geheel. Dan denken we al gauw aan de klimaat problematiek, die door de traagheid van de processen eigenlijk niet meer op te lossen is.  We zijn het kantelpunt voorbij. Dat wil niet zeggen dat het niet goed is om klimaatbewust te leven en handelen – dat is op zichzelf al waardevol. Doen wat ons hart en onze hand te doen vinden, geeft ons hoop, ongeacht het resultaat.
  2. Naast het klimaatprobleem is het wereldvoedselprobleem bedreigend. Het ontstaat door drie factoren: we gaan onzorgvuldig, om niet te zeggen roekeloos, met de aarde om, we zijn met te velen op deze aarde, en de klimaatverandering doet de rest. Ook dit probleem is moeilijk op te lossen. De deskundigen zijn het er niet over eens of het überhaupt kan.
  3. Dit zo zijnde vergt het moed om blij-moedig te leven. Je kunt niet blij zijn door de situatie te ontkennen of te verdoezelen. Maar je kunt je in het bewustzijn daarvan wel richten op de schoonheid en de liefde in jezelf en de wereld. Daar worden we blij van.
  4. We kunnen het klimaatprobleem dan wel niet oplossen, maar we kunnen wel gaan voor een wereld waarin verbinding tussen mensen, tussen mensen en de andere dieren en de overige natuur centraal komt te staan. Ik zelf zou zeggen: waarin de heiligheid van het leven een kernwaarde is.
  5. Als we praten over verbinding, dan gaat het niet alleen over de horizontale verbinding waarvan in het vorige punt sprake was, maar ook over de verticale verbinding met de aarde en de ‘hemel’. Of anders gezegd met de onzichtbare, niet fysieke wereld(en). Wie of wat dat is wordt door iedereen weer anders ingevuld, dat bleek ook op het symposium. De verticale verbinding is even belangrijk voor ons persoonlijke en collectieve heil als de horizontale verbinding. Op het kruispunt van de verticale en de horizontale verbinding (zie de afbeelding hieronder) ligt ons hart, zodat we dan allemaal een ‘warrior of the heart’ kunnen worden en blij-moedig kunnen leven.
  6. En tenslotte: wonderen bestaan; op individueel niveau en op gemeenschappelijk niveau.  Uiteindelijk kunnen we de toekomst niet kennen. Dus wat er daadwerkelijk gaat gebeuren: we weten het niet. Misschien is het niet de bedoeling (van wie?) dat de mensheid ten onder gaat. Misschien zullen we als mensheid niet fysiek overleven, maar misschien wel op geestelijk niveau. Wie zal het zeggen?          
De roos van liefde ontbloeit aan het rozenkruis

Be realistic, plan for a miracle.

Zoals ik in mijn vorige blog zei ziet het er niet naar uit dat de mensheid op eigen kracht het klimaatprobleem gaat oplossen. Daarom hebben we hulp nodig, hulp van buiten, van boven, vanuit de transcendente werkelijkheid. Maar die hulp komt niet vanzelf. We zullen daarom moeten vragen. En omdat op een effectieve manier en vanuit een bescheiden houding te kunnen doen zullen we ons moeten voorbereiden.

Een van de eerste voorwaarden voor een effectief verzoek om hulp is dat we in de mogelijkheid daarvan moeten geloven. Geloven we in een transcendente wereld van waaruit ons hulp kan worden geboden? Voor velen van ons is dat pure fantasie, wensdenken. Anderen, die de mogelijkheid van het bestaan van een transcendente wereld niet uitsluiten worden niettemin geplaagd door twijfel: bestaat die wereld wel, en bekommeren de wezens daar zich ons om ons lot? Zelfs diegenen die gelovig of godsdienstig zijn kennen die twijfel: geloof zonder twijfel is per definitie onmogelijk (wat niet betekent dat gelovigen  zich steeds van die twijfel bewust zijn).

Hoe gaan we om met twijfel? In elk geval niet het wegstoppen of onderdrukken; daar wordt het alleen maar sterker van. Het beste is deze twijfel rustig onder ogen te zien, maar ons tegelijkertijd te realiseren, dat we ook nooit zeker kunnen weten dat de transcendente wereld niet bestaat, en dat de daarin levende wezens zich niet om ons bekommeren. Het is dus niet realistisch niet te hopen, zoals mijn goede vader reeds zei. Wonderen zijn altijd mogelijk. En als we met deze houding naar de wereld om ons heen kijken, dan zien we hiervoor ook de bewijzen. In mijn vorige blog noemde ik al de praktijk van de Findhorn community, maar er is veel meer. De wereld, het leven als geheel, is een wonder, dat nooit geheel door de natuurwetten kan worden beschreven en begrepen. Er is altijd ruimte voor het mysterie en wonderbaarlijke gebeurtenissen. ‘Miracles are natural. When they do not occur, something has gone wrong.” (A Course in Miracles)

Deze houding van een open staan voor de toekomst, verwachtingsvol zijn zonder pessimisme maar ook zonder irrealistisch optimisme, is de eerste voorwaarde voor een effectief verzoek om hulp. Over de tweede voorwaarde kom ik in een volgend blog te spreken.

 

 

Wonderen

Sinds mei 2001 publiceerde Caroline Myss online haar zogenoemde ‘Salons’. Dat waren een soort columns, waarin ze haar wijsheid en  ervaring deelde en soms commentaar gaf op wat er in de wereld gebeurde. Ze is daar onlangs mee gestopt, en vervangt ze nu door wat ze noemt “muse newsletters’, die iets meer dan haar salons ingaan op de actualiteit (muse = reflecteren, overdenken, en ook: geïnspireerd worden – denk aan de oud-griekse ‘Muzen’). Ze heeft haar salons afgesloten met een laatste salon waarin ze puntsgewijs een twaalftal ‘grote spirituele waarheden’ opsomt, die haars inziens de kern vormen van de boodschap die ze in de loop van die jaren heeft ontwikkeld. Sommige van die waarheden zijn volgens mij helemaal geen waarheden, maar aanwijzingen voor hoe je een moreel leven kunt leiden. Niettemin is de lijst interessant, en ik zal in dit en mijn volgende blogs op enkele van die ‘waarheden’ ingaan.

Vandaag de eerste waarheid: Wonderen bestaan. Deze wet stemt overeen met de Course in Miracles die daarover zegt: ‘Miracles are natural. When they do not occur something has gone wrong’. Caroline Myss zegt daarover: Wonderen gebeuren allen bij mensen die dapper en moedig in het leven staan en vertrouwen hebben in het feit dat ze geleid worden. Bij mensen die hoopvol zijn en blijven doorgaan ondanks tegenslag (en daarmee hun hoop weer voeden, zou ik er aan toe willen voegen). Ze gebeuren met name niet bij mensen die geestelijk lui en klagerig zijn.

Zelf heb ik mijn leven vele wonderen ervaren (hoewel ik mezelf niet bijzonder dapper vind, en ook niet altijd ben doorgegaan bij tegenslag, maar kennelijk was het toch voldoende om wonderen deelachtig te worden). Over enkele ‘grote’ wonderen heb ik eerder gepubliceerd, dus dat wou ik hier maar even laten zitten. Als het goed is brengt elke dag wel een of meer wonderen met zich mee, soms grote, soms ‘kleinere’ die bij nadere beschouwing toch iets groots blijken te hebben. Maar we gaan er soms achteloos aan voorbij zonder ze op te merken. Zo dacht ik bij het schrijven  van dit blog: maar gisteren was toch een wonderloze dag? Niet dus. Er waren er verschillende, maar ik zal er één beschrijven. Daarvoor moet ik eerst iets vooraf vertellen.

Sinds jaren hebben wij een zeer neurotisch poesje, dat we overgenomen hebben van een kennis, die haar op haar beurt had overgenomen van een familielid. Wat er met dit poesje gebeurd was weet ik niet, maar ze liet zich in elk geval niet oppakken, laat staan strelen. Na enige pogingen hebben we haar maar aan zichzelf overgelaten, en haar verder gevoed en verzorgd. Na jaren begon ze een merkwaardige gewoonte te ontwikkelen: ze streek af en toe langs mijn benen en begon kopjes te geven aan mijn voeten. Tezelfdertijd ging ze soms naast Anne op de bank liggen en liet zich voor het eerst aanraken.

Nu volstrekt zich iedere avond eenzelfde ritueel. Als na de avond meditatie de bel klinkt springt ze van een kruk af, waar ze al heeft zitten wachten, en gaat klaar zitten op steeds dezelfde plek in de keuken. Dan ga ik voor haar staan, en geeft ze kopjes aan mijn voeten terwijl ik haar liefdevol toespreek en over haar rug en in haar nekje aai. De ene keer wil ze dat wat langer, de andere keer gaat ze wat eerder weg. Maar het moet gebeuren! Is dat niet wonderlijk?

Als u getuige wil zijn van een wonder, ga dan naar de film The Idol, op 12 februari ’s middags. Georganiseerd door de Vrienden van de Hope Flowers School. Zie de tijdlijn op mijn facebookpagina: https://www.facebook.com/erik.vanpraag